EU in 2011: het wordt minder tobberig
Het tumult rondom de schuldenlanden en de aanhoudende onrust over het Europese bankenstelsel laat onverlet dat 2010 eigenlijk een behoorlijk goed jaar is geweest voor de EU.
Het tumult rondom de schuldenlanden en de aanhoudende onrust over het Europese bankenstelsel laat onverlet dat 2010 eigenlijk een behoorlijk goed jaar is geweest voor de EU.
Wie het gekissebis over de omvang van het reddingsfonds volgt, moet voor het ergste vrezen. Die moet vertrouwenwekkend groot zijn.
Europa worstelt nog altijd met de gevolgen van diezelfde kredietcrisis, waarbij de schuldenlast van de PIIGS-landen het meest urgente probleem vormen. Zal dit varkentje nog gewassen kunnen worden?
Een van de wezenlijke kenmerken van de vroege 21ste eeuw is de komeetachtige opkomst van Azië als een nieuw centrum van economische macht.
De westerse schuldenproblematiek is dit jaar met stip op nummer 1 van de economische aandachtsgebieden gekomen. Schuldreductie is ineens een hete politieke issue geworden.
Hoewel we de eerste helft van 2010 economisch en beurstechnisch allerminst florissant afsluiten, is er in dat halfjaar veel energie gaan zitten in de vraag of wij nu bang moesten zijn voor een hogere inflatie of dat er juist kans is op een nieuwe recessie.
De verkiezingen liggen alweer achter ons. De VVD gaat proberen een nieuwe regering te vormen. Dat zal niet meevallen, zoveel is duidelijk. Bezuinigen is plotsklaps populair in Europa.
De laatste weken is de media vooral geobsedeerd geraakt over de Nederlandse “verkiezingen”. Er zou wat te kiezen zijn. Voor mij is dit weer een kwestie van zand in de ogen strooien van burgers.
Deze week plaatste De Nederlandsche Bank een artikel op haar website “Versterking begrotings-discipline in het eurogebied”, kortom nieuwe regelgeving op komst.