Aandelen trekken als beleggingscategorie veruit de meeste aandacht. In de media wordt er aanmerkelijk minder plaats ingeruimd voor de ontwikkelingen op de obligatiemarkten.
Obligaties worden vaak afgedaan als oninteressant en men kan er geen spectaculaire koerswinsten mee realiseren. De obligatiemarkt is vooral het terrein voor professionele beleggers als banken, pensioenfondsen, verzekeraars en zeer vermogende particulieren. Beleggers die over een bepaalde periode een zeker inkomen dienen te genereren en zich geen grote koersrisico’s kunnen veroorloven. Of beleggers voor wie behoud van kapitaal primair is. Wie rijk is hoeft immers niet meer zo nodig te groeien. Risico’s zijn er immers voor de armen.
Omdat de obligatiemarkt vooral een speelterrein is voor goed geïnformeerde beleggers bergt deze veel informatie over de financiële markten in zich.
Zo geeft de vorm van rentecurve een goede inzage in de verwachting van de markt over de economie. De rentecurve beslaat alle looptijden van staatsobligaties. Van obligaties met een looptijd van een maand tot obligaties met een looptijd van 30 jaar. En uit de vorm van deze curve valt veel af te lezen.
Zo kan de rentecurve een stijgend verloop hebben. Dat is wanneer beleggers meer rentevergoeding van de staat verlangen naarmate de datum waarop hun lening wordt afgelost verder weg ligt. Een dergelijk patroon wordt ook wel een normale rentecurve genoemd. In de loop van de tijd neemt de waarde van geld immers af waardoor beleggers een hogere rentevergoeding vereisen naarmate hun lening verder in de toekomst wordt afgelost.
Wanneer de rentevergoedingen op leningen met een korte en een lange looptijd elkaar nauwelijks ontlopen wordt er van een vlakke rentecurve gesproken. En wanneer beleggers op korte leningen zelfs een hogere rente eisen dan op leningen met een lange looptijd spreekt men van een inverse rentecurve.
Nu heeft iedere vorm een andere betekenis. Een stijgende curve duidt op een groeiende economie. Omdat er economische groei verwacht wordt zullen de prijzen en de inflatie oplopen met als gevolg een hogere rente. Een vlakke rentecurve duidt daarentegen op een naderende recessie. Beleggers verwachten geen prijsstijgingen en behoeven geen hogere rentevergoeding op hun langere leningen. Een inverse rentecurve tenslotte is een voorbode voor naderend onheil op de beurzen. Onderschat daarom de vorm van een rentecurve niet.
Natuurlijk kunnen ook de gezamenlijke obligatiebeleggers er in al hun professionaliteit naast zitten maar de kans daarop is aanmerkelijk kleiner dan een collectieve misvatting op de aandelenmarkt.
Zowel in 2000 als in 2007 was de rentecurve invers. In beide gevallen volgde een indrukwekkende koersval op de beurzen. In het voorjaar van 2003 was de curve als gevolg van het ingrijpen van de Amerikaanse centrale bank echter oplopend en er volgde een rally op de aandelenmarkt. En anno 2009? Nu is de rentecurve steiler dan lang het geval is geweest.
In de VS wordt op een staatslening met een looptijd van 3 maanden slechts 0,1 % rente vergoedt. Een staatslening met een looptijd van 30 jaar vergoedt echter maar liefst 4 %. Een yieldspread van bijna 4 %! Het hoeft geen verder betoog dat de huidige vorm van de curve voor zich spreekt met betrekking tot de economische verwachtingen.
Nu is er momenteel ook nog wat anders aan de hand. In de VS en in het Verenigd Koninkrijk kopen de centrale banken op grote schaal staatsleningen om de rente laag te houden. Een beleid dat kwantitatieve verruiming wordt genoemd. Maar de rentevergoeding in andere landen loopt niet uit de pas met de VS en het VK. Dat komt omdat er nog andere kopers van staatsleningen actief zijn: de banken.
Banken bulken als gevolg van het grootschalige overheidsingrijpen van de liquiditeiten, zijn niet erg happig om dit aan het bedrijfsleven uit te lenen maar moeten wel geld verdienen. En dat wordt ze met de huidige yieldspread erg eenvoudig gemaakt. Voorlopig zullen de monetaire autoriteiten de korte rente nog enige tijd laag houden. De rentecurve zal dus nog wel even steil blijven. Dat duidt op een verder economisch herstel. Daar kunnen beleggers hun voordeel mee doen. Ook op de aandelenmarkten. Er zijn echter ook obligaties die hier uitstekend op in kunnen spelen. De in de afgelopen jaren zo verguisde steepeners.
Jan-willem Nijkamp
Werkzaam voor Inmaxxa Vermogensbeheer
Start met Automatisch Beleggen
Het is geen geheim wat fans van aandelenbeleggingen denken van obligaties: ze zijn "waardeloos", en wie nu gaat beleggen in staatsobligaties verspilt zijn geld.
Duurzame obligaties zijn in opmars. Een grondige kritische analyse is van het grootste belang. Er zijn immers te veel "lichtgroene" obligatie-emittenten die het duurzame label gebruiken.
Hoewel een herhaling van de stagflatie van de jaren zeventig onwaarschijnlijk lijkt, houdt het huidige klimaat een aantal risico's in die we niet mogen onderschatten.
De terugkeer van de inflatie betekent weer wel dat beleggers meer oog moeten krijgen voor de duration van hun beleggingen.
Prijzen kunnen ook oplopen door devaluatie van de eigen munt in westerse landen, in combinatie met een negatieve economische groei,gevoed door de sterke afhankelijkheid van import.
Dan is de angst voor devaluatie wellicht groter, wat zich vertaald in hogere rentes voor langlopende obligaties.
Of zie ik iets over het hoofd?