De kredietcrisis van 2008/09 is waarschijnlijk de apotheose en het eindpunt van drie decennia van alsmaar dalende rente en van alsmaar goedkoper geld. Althans, dat zijn ze van mening bij McKinsey Global Institute. Het instituut zet vraagtekens bij de huidige opvatting dat lage rente de nieuwe norm is. Die lage rente is veeleer het gevolg van de economische zwakte van de ontwikkelde landen en het stimulerend beleid van de centrale banken.
Lage investeringsgraad
Wat zijn de gronden voor een mogelijke rentestijging in de komende jaren. McKinsey wijst als belangrijkste oorzaak naar veranderingen in de langjarige trend van sparen en investeren in de wereld. Sinds de jaren 70 van de vorige eeuw is het niveau van de investeringen in de ontwikkelde economieën in het westen gestaag gedaald. Dat gaat om enorme bedragen. Tussen 1980 en 2010 is er $ 20 biljoen minder geïnvesteerd dan bij gelijkblijvend niveau het geval was geweest. Dat niet geïnvesteerde bedrag is gelijk aan het gezamenlijk BNP van de VS en Japan. De verminderde vraag naar kapitaal deed de rente dalen. Het was dus niet een overschot aan besparingen. Integendeel, tussen de jaren 70 van de vorige eeuw en 2002 daalden de private besparingen als percentage van het Bruto Nationaal Product in de ontwikkelde economieën.
De verminderde investeringsbehoefte in het Westen is deels terug te voeren op het gegeven dat in de jaren zestig de naoorlogse herstelperiode ten einde liep. Daarmee kwam ook een einde aan de investeringsboom. Met het ten einde lopen van die boom kwam de reële economische groei van het BNP in een lagere versnelling terecht.
Een nieuw investeringsgolf
Cijfers tonen aan dat aan het dalend niveau van investeringen een einde is gekomen. Tussen 2002 en 2008 steeg het niveau van investeringen als percentage van het wereldwijde BNP van 20,8%v naar 23,7%. Daarmee zijn we nog behoorlijk ver verwijderd van het percentage van 26,1% dat in de jaren 70 gehaald werd.
De hernieuwde vraag komt (uiteraard) niet uit het Westen, maar vanuit de opkomende markten. Het herstel van de afgelopen jaren was in eerste instantie vooral te danken aan de opflakkerende vraag naar kapitaal in India en China. In het kielzog van deze landen begint zich ook een vraag af te tekenen in andere opkomende markten. Gelet op de verhoudingsgewijs nog geringe kapitaalsaccumulatie is het dus goed denkbaar dat de nieuwe investeringsboom de komende decennia aan kracht en omvang zal winnen. Het zal wel geleidelijk gaan, die ontwikkeling. McKinsey verwacht dat pas in 2030 de wereldwijde investeringsbehoefte groter is dan 25% van het BNP. Het gaat dan om het lieve sommetje van $ 24 biljoen, tegen $ 11 biljoen vandaag de dag. Natuurlijk hangen deze bedragen samen met het niveau van de verwachte economische groei.
Minder besparingen
Omdat de Opkomende Markten het leeuwendeel voor hun rekening gaan nemen, verandert ook de investeringsmix. De komende decennia zullen er grote bedragen vloeien naar infrastructuur en onroerend goed. Tegen 2030 gaat er jaarlijks een bedrag van $ 4 biljoen naar verbetering van de infrastructuur en $ 5 miljard naar zaken als woningbouw.
Terwijl de behoefte aan kapitaal in de komende 20 jaar blijft stijgen, dalen wereldwijd de besparingen. Daar zijn meerdere oorzaken voor aan te wijzen. Het ligt in de lijn der verwachtingen dat een land als China geleidelijk gaat ontsparen. Het beleid van de overheid is er op om de binnenlandse consumptie te stimuleren. China is wereldwijd de grootste bron van besparingen. Die lopen op tot 53% van het BNP.
En dan gaat komende jaren de vergrijzing in grote delen van de wereld een steeds prominentere rol spelen. Kosten voor gezondheidszorg, pensionering en andere aan vergrijzing gerelateerde diensten zullen fors omhoog gaan en zullen het proces van wereldwijde ontsparing beïnvloeden. Volgens het consensusscenario zullen tegen 2030 besparingen $ 2,4 biljoen tekort schieten ten opzichte van gevraagde investeringen. Kapitaal zal dus duurder worden. Sommige investeringen zullen niet plaatsvinden.
De gevolgen van een stijgende rente
Als het hierboven geschetst scenario werkelijkheid wordt, dan is een stijging van de rente onvermijdelijk. De vraag is wanneer dit proces gaat beginnen. Volgens het scenario is er tegen 2020 een duidelijke kloof tussen besparingen en investeringen. Het is aannemelijk dat financiële markten eerder zullen reageren op de komende structurele veranderingen. De lange rente zal dus eerder gaan stijgen. McKinsey gaat ervan uit dat dit proces rond 2015 kan aanvangen.
De structurele stijging van de lange rente heeft voor veel partijen grote gevolgen. Om er maar eens enkele te noemen: krediet wordt duur voor bedrijven. De productiviteit moet omhoog om investeringen mogelijk te maken. Als bankkrediet duur wordt, dan kunnen financiële markten hiervan profiteren. Beleggers zullen in eerste instantie de neiging hebben om de obligatiemarkt links te laten liggen. De aanhoudende stijging van de reële rente maakt de obligaties op den duur aantrekkelijker dan in de jaren van goedkoop geld. Dat zal ten koste gaan van aandelenmarkten. Overheden zien zich voor een dubbele taak geplaatst: het bestrijden van de economische en financiële malaise. Tegelijkertijd moeten ze een beleid uitstippelen voor een periode waarin besparingen laag zijn en de vraag naar kapitaal groot. Tekorten kunnen hardnekkig groot worden. Pensioenfondsen, tenslotte, zullen een probleem minder hebben.
Terzijde
De huidige stijging van de lange rente in de VS en de EU staat los van het beschreven proces. Dat is veeleer de uitkomst van onzekerheid over de financieel-economische situatie in Europa en de VS.
Dr. C.A.M. Wijtvliet
corwijtvliet@dekritischebelegger.nl
De auteur is zelfstandig gevestigd analist. Hij schrijft over uiteenlopende onderwerpen die de beleggingswereld raken. Daarnaast geeft hij lezingen en presentaties.
Gratis nieuwsalert
Wilt u ook profiteren van tips en op de hoogte blijven van de nieuwste artikelen die op De Kritische Belegger verschijnen? Meldt u zich dan aan voor onze gratis nieuwsalerts. Daarmee krijgt u een e-mail wanneer er een nieuw artikel is gepubliceerd. De alerts zijn toegesneden op uw interesse gebied. Klik hier om u aan te melden als u dat nog niet heeft gedaan.
Als de rente omhoog gaat betekent het niet dat dit per definitie slecht is voor effecten. De effecten dalen tengevolge van de “maatregelen” die tegen de inflatie worden genomen:hogere rente en strengere kredietbeperkingen. De geldhoeveelheid zal dan de doorslag geven en daar word nu constant aan gewerkt over de hele wereld.Door spanningen word nu de obligatiemarkt negatief beinvloed maar de liquiditeit speelt altijd de hoofdrol.