ECB-functionarissen hebben al een renteverhoging van 25 basispunten aangekondigd voor juli. Hiermee komt de depositorente op 3,75%. De vooruitzichten voor september zijn spannender omdat er in augustus geen vergadering gepland staat. Er is momenteel geen duidelijke trend naar een nieuwe renteverhoging in september.
De inflatie blijft ruim boven de streefwaarde van de centrale bank. De brede maatstaf voor inflatie daalde tot 5,5% in juni, bijna een halvering ten opzichte van de piek van 10,6% in oktober 2022, en zal naar verwachting verder dalen tot onder de 4% in september 2023 en zelfs ruim onder de 3% in oktober als gevolg van extreme basiseffecten. In de tweede helft van augustus vorig jaar explodeerden de elektriciteits- en gasprijzen op de groothandelsmarkten en werden die in de weken daarna doorgerekend in de consumentenprijzen. Tegen het einde van het jaar wordt het spannend: de inflatie op jaarbasis zal weer stijgen als de basiseffecten wegebben. Daardoor komt de ECB voor een specifieke uitdaging te staan: uitmaken of de stijging slechts een kortstondig intermezzo is of dat ze de terugkeer weerspiegelt naar een onderliggende inflatietrend die boven de streefwaarde van de centrale bank blijft.
De onderliggende trend wordt vaak gemeten aan de hand van de zogenaamde kerninflatie, die elementen uitsluit die vaak onderhevig zijn aan prijsschommelingen, zoals energie en voedsel. Deze bedroeg 5,4% in juni, slechts iets onder de piek van 5,7% in maart. Zelfs als we hier uitgaan van een lichte neerwaartse beweging, is het vrijwel onmogelijk dat de inflatie onder de grens van 5% zal zakken tegen de tijd dat de centrale bank in september vergadert.
De ECB zal tijdens haar vergadering in september geconfronteerd worden met het dilemma dat de laatst gepubliceerde inflatiecijfers van augustus zullen zijn. Deze zullen echter niet geruststellen. Door te argumenteren dat deze hoge inflatiecijfers slechts “tijdelijk” waren, zaten zowel de ECB als de Fed er in 2021 volledig naast.
Vanuit deze optiek is het duidelijk dat de ECB de mogelijkheid zal benadrukken van verdere renteverhogingen na de renteverhoging van 25 basispunten. De ECB blijft duidelijk “hawkish”. De economie van de eurozone blijft kwetsbaar, waarbij vooral de verwerkende industrie de laatste tijd sterk is verzwakt. Aan de andere kant blijft de werkloosheid laag, is de liquiditeit van bedrijven solide ondanks krappere kredieten en zijn de spaartegoeden van huishoudens hoog. De economie is niet aan het groeien, maar we verwachten op korte termijn ook geen recessie. De ECB kan zich daarom blijven richten op haar kerntaak: de inflatie bestrijden.
En de Fed?
Hoewel de Fed nog geen duidelijke uitspraken heeft gedaan over de vergadering in juli, omdat ze afhankelijk is van bepaalde data, zijn het juist deze data die wijzen op een renteverhoging met 25 basispunten in juli. Volgens voorzitter Powell is in feite een “sterke meerderheid” van de Fed-leden van mening dat er tegen het einde van het jaar nog minstens twee renteverhogingen nodig zijn. De arbeidsmarkt vertoont slechts minimale tekenen van zwakte, die volgens de Fed zeker nog niet voldoende zijn om de prijsdruk op een duurzame manier binnen de perken te houden. De inflatie heeft duidelijk gepiekt, maar is nog steeds te hoog en het kerncijfer is extreem hardnekkig. De inflatie daalde in juni tot een verrassend lage 3%, maar het kerncijfer van bijna 5% suggereert dat een groot deel van de daling van de inflatie te wijten is aan basiseffecten. In de VS piekten de energieprijzen in juni. Daarom is in de VS al eerder te zien in hoeverre de onderliggende motoren van de inflatie verzwakken. De zomer wordt erg spannend, met de volgende Fed-vergadering pas in september. Tegen die tijd zullen we de eerste tekenen zien waaruit blijkt of de inflatie duurzaam onder de 3% kan dalen. Dit zal bepalen of de centrale bank de rente weer gaat verhogen.