Volgens een studie van PwC wordt duurzaamheid de drijvende kracht voor institutionele en particuliere investeerders en daarmee de groeimotor voor de sector – 93 procent van de institutionele investeerders in Duitsland heeft zich al gecommitteerd aan Net Zero-initiatieven of is van plan dit te doen.
De markt voor vermogensbeheer staat aan de vooravond van een paradigmaverschuiving: nadat positieve marktontwikkelingen, stijgende activaprijzen en groeiende activa van institutionele en particuliere beleggers jarenlang de belangrijkste aanjagers van groei en winstgevendheid waren, zijn ESG-criteria nu voor het eerst als nieuwe groeimotor aan de top van de beïnvloedende factoren. Dit is de conclusie van het onderzoek “Asset and Wealth Management Revolution 2022” van accountants- en adviesbureau PwC Germany (PwC). Het onderzoek omvatte 250 vermogensbeheerders en 250 institutionele beleggers van over de hele wereld, die respectievelijk $ 50 en $ 60 biljoen aan wereldwijde activa vertegenwoordigden.
ESG-fondsen zullen aanzienlijk sneller groeien dan de markt als geheel
Met een CAGR van 12,9% in het basisscenario zal het ESG-vermogen onder beheer in 2026 $33,9 biljoen bedragen. Daarmee zou het ESG-aandeel stijgen van 14,4% in 2021 naar 21,5% – een vijfde van al het vermogen. “Volgens ons scenario zullen ESG-georiënteerde fondsen aanzienlijk sneller groeien dan de totale markt en zullen ze binnenkort de voorkeursinvestering voor portefeuilledifferentiatie worden”, zegt Gerald Gonsior, Partner en Head of Asset & Wealth Management bij PwC Duitsland.
Duurzaam beleggen wordt mainstream
Het groeiende belang van ESG-gedreven beleggingen drukt ook zijn stempel op Duitse vermogensbeheerders. 93% van de institutionele beleggers uit Duitsland heeft zich al gecommitteerd aan Net Zero-initiatieven of is van plan dit in de nabije toekomst te doen. “De hoge mate van zelfbetrokkenheid weerspiegelt de verwachtingen van stakeholders en investeerders. Duurzaamheid wordt daarmee ook de dominante noodzaak in Asset & Wealth Management”, vervolgt Gonsior.
ESG wordt de belangrijkste factor voor het concurrentievermogen
Onder de nieuwe uithangborden ontwikkelt ESG zich ook tot een doorslaggevende factor voor de concurrentiekracht in vermogensbeheer. 39% van de institutionele beleggers uit Duitsland gaf aan niet langer te willen werken met managers die niet-ESG-fondsen beheren. Bovendien heeft 57% van de beleggers toegezegd te stoppen met beleggen in niet-ESG-fondsen.
Beleggers willen vooral overstappen naar artikel 8-fondsen
Veel beleggers willen op hun beurt het aan de niet-ESG-fondsen onttrokken vermogen beleggen in zogenaamde artikel 8-fondsen. Dit zijn fondsen die conform de EU Disclosure Regulation (SFDR) rekening houden met ecologische en sociale aspecten bij het selecteren van beleggingen. Volgens ons onderzoek wil bijna tweederde van de Duitse beleggers de komende twee jaar meer dan 30% van hun beheerd vermogen in dergelijke fondsen beleggen.
Evenwicht tussen fiduciaire taken en ESG-prioriteiten
De grote interpretatieruimte van regelgeving zoals de EU-taxonomie betekent dat er nog steeds een zekere mate van onzekerheid bestaat als het gaat om het labelen van fondsen. Dit kan leiden tot strategische verkeerde inschattingen. In dergelijke gevallen is het belangrijk om snel en transparant te handelen om sancties of reputatieschade te voorkomen. “Met de groeiende focus op ESG-fondsen wordt het voor vermogensbeheerders steeds belangrijker om strategieën voor risicobeheer te ontwikkelen met betrekking tot potentieel verkeerd of foutief gerapporteerde producten”, adviseert Gonsior.
Vermogensbeheerders hebben een plicht
Last but not least, het aanpakken van mogelijke spanningen tussen opkomende ESG-prioriteiten en de fiduciaire plicht van vermogensbeheerders om het financiële rendement voor beleggers te maximaliseren – toonaangevende vermogensbeheerders zullen uitblinken in het leveren van beide kanten.
De Kritische Belegger heeft een rapport opgesteld en 5 duurzame fondsen en etf’s geselecteerd met een bewezen verleden en/of met hoge verwachtingen voor de toekomst. Het rapport ter waarde van EUR 200 kunt u hier aanvragen.