BASF komt met slecht nieuws voor Europa

Maandagavond laat kwam het Duitse BASF met het slechte nieuws naar buiten. De winst over 2019 zal 30% lager uitkomen over 2019 dan eerder verwacht. Voor het afgelopen 2de kwartaal ziet het er nog slechter uit. De winst zal met 47% dalen ten opzichte van het 2de kwartaal van 2018 en uitkomen op een bedrag van pakweg € 1 miljard.

Volgens het management is de handelsoorlog tussen de VS en China de bron van alle kwaad. Dat klinkt logisch, maar doet toch ook een beetje aan als mosterd na de maaltijd. Nog in mei zei ceo Martin Brudermueller dat zowel omzet als winst in 2019 iets hoger zouden uitkomen dan in 2018. Toen al waren er beleggers die zich sceptisch toonden over het optimisme van de Duitsers. Een hedgefonds als Marshall Wace nam short posities in en niet ten onrechte.

Sinds het begin van het jaar is de marktkapitalisaties van BASF met meer dan een kwart gekrompen.

De winstwaarschuwing pakte op de beurs niet alleen slecht uit voor BASF, maar ook voor andere Duitse en Europese chemiebedrijven als Wacker Chemie, Covestro, lanxess en het Britse Johnson Matthey. Vooral chemiebedrijven die veel zakendoen met de automobielindustrie werden zwaar getroffen. Dat is niet vreemd. De chemie heet ook wel the industry of industries. Zodoende fungeert de Chemie ook wel als de bekende kanarie in de kolenmijn. Gaat het minder met de chemie, dan moeten we het ergste vrezen.

Dat lijkt ook nu het geval. In zijn persbericht van maandagavond 8 juli repten de Duitsers over een zwakke macro-economische omgeving. Vooral de industriële productie is veel zwakker dan voorzien en binnen de sector is de automobielsector weer de absolute zwakke schakel. Wereldwijd is de automobielproductie in de eerste helft van 2019 met 6% gedaald. Met 13% was de daling nog veel forser op de grootste automarkt ter wereld, China. Ongeveer 20% van de omzet van BASF is gerelateerd aan de automobielindustrie. In die zin is het goed te begrijpen, dat ook een aandeel als Daimler wegzakte na het nieuws.

Terzijde, BASF is zeer afhankelijk van de wereldeconomie, maar nog veel meer van de Chinese. De Chemie verwacht dat China tot 2030 goed is voor meer dan 60% van zijn groei. In dat jaar zal de Chinese markt ongeveer de helft van de wereldmarkt uitmaken.

De winstwaarschuwing van BASF is misschien wel het finale bewijs, dat het de verkeerde kant op gaat in Duitsland en daarmee ook in Europa. Duitsland fungeert als de locomotief van de Europese economie. Die sputtert al een tijdje. In mei van dit jaar noteerde de Duitse industrie een daling van 8,6% in de orderinstroom. Die daling lijkt eerst en vooral het gevolg van de vertraging in de wereldhandel en daar is Duitsland zeer gevoelig voor.

De Duitse export had in 2018 een waarde van € 1,6 biljoen. Het zou zomaar kunnen, dat de Duitse economie in het 2de kwartaal gekrompen is. Die vrees spreekt in ieder geval uit de zogeheten Sentix index. Die meet het vertrouwen van beleggers over de toekomstige groei in de belangrijke economieën in de wereld. Het vertrouwen in Duitsland staat op het laagste niveau sinds 2009. In feite zegt de index dat een recessie in Duitsland niet meer te vermijden is.

BASF reageert traditioneel op het slechte nieuws. De kosten moeten omlaag. Daarom gaat het bedrijf 6000 werknemers ontslaan. Dat moet een jaarlijkse besparing opleveren van € 2 miljard. Dat is zonder meer vervelend voor de werknemers, maar goed nieuws voor beleggers. Hun dividend lijkt voor het moment gered. In 2018 betaalde BASF € 3 miljard uit aan dividenden. Dat bedrag werd onttrokken aan een vrije kasstroom van € 4 miljard. Door te snijden in de kosten hoopt BASF het dividend met een rendement van 5,5% voorlopig veilig te stellen. Voorwaarde is weer wel, dat de winst niet nog veel verder wegzakt. Gebeurt dat, dan zal er nog harder ingegrepen moeten worden!

Cor Wijtvliet is zelfstandig gevestigd analist

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.