Sinds begin oktober 2014 zien we een sterk toenemende volatiliteit op de beurzen. Dit resulteerde tot heden in drie korte maar heftige correcties van respectievelijk 7.90%, 5.00% en 4.30% in de S&P500. Dat werd natuurlijk niet getolereerd door de Fed. Alle drie deze correcties werden snel beëindigd na ‘peptalks’ van Fed leden.
‘Buy the dip’ kopers maakten hiervan opnieuw gretig gebruik om aandelen te kopen. Maar we kunnen wel concluderen dat het karakter van de beurzen aan het veranderen is. De gelijkmatig stijgende trend van de voorgaande jaren is vanaf oktober vorig jaar getransformeerd door deze wilde op- en neerwaartse bewegingen in een topformatie die mogelijk de voorbode is van zwaar weer op de aandelenmarkten.
Onrust groeit
Tot op heden tolereert de Fed geen correctie groter dan 10%, getuige de met de regelmaat van een klok terugkerende verbale ondersteuningen van de markt. Beleggers vertrouwen met een Pavlov-reactie blind nog steeds op de Fed. Echter, de onrust onder beleggers lijkt te groeien nu we vrijwel dagelijks koersuitslagen zien van meer dan 1%. Beleggers worden heen en weer geslingerd tussen aan de ene kant hoop op meer stimulaties door centrale banken en groei in de Amerikaanse economie en aan de andere kant angst door de toenemende deflatie in vooral Europa en dalende lonen in de VS.
Meest opvallende afgelopen week was dat er in Amerika meer banen bijkwamen maar dat de lonen daalden. Meer Amerikanen werken voor minder geld doordat er grotendeelslaagbetaalde banen bijkomen en dat is een zeer ongezonde situatie. Het meest duidelijk signaal dat beleggers een veilige haven zoeken, blijkt uit het gegeven dat nu de gemiddelde 10-jaarsrente van tezamen VS, Japan en Duitsland onder de 1% noteert. In Duitsland noteert de 5 jaars-rente zelfs al negatief. Record lage en zelfs negatieve rentes zijn een teken van financiële instabiliteit en zeker niet van normalisatie.
Rommelobligaties
Het grootste gevaar dat ik thans zie voor de aandelenmarkten, is een crash in Amerikaanse rommelobligaties, meer specifiek van obligaties uit de oliesector. De olieprijs zit de afgelopen maanden in een vrije val waarbij de koers vrijwel is gehalveerd en nu onder de $50 noteert. Dat is goed nieuws voor de consument die flink bespaart op energiekosten maar desastreus voor de olie-industrie in de VS. Deze sector is zwaar gefinancierd met junkbonds waardoor deze in zwaar weer zit maar doet ook de alarmbellen rinkelen bij financiële instellingen. Er wordt geschat dat er ruim $500 miljard aan rommelobligaties gerelateerd aan de olie-industrie in de boeken staan bij deze instellingen. De rente op deze obligaties die de olie-industrie periodiek moet betalen, komt uit de winst op olie.
Nu de meeste Amerikaanse oliebedrijven alleen maar olie kunnen opboren en verkopen onder de kostprijs, kan je erop wachten totdat er bedrijven in deze sector omvallen. Hierdoor komen dan weer financiële instellingen in de problemen en ontstaat er een nieuwe financiële crisis. Bedenk hierbij ook nog dat de financiële instellingen allerlei derivaten afgeven op deze junkbonds waardoor een enorm hefboomeffect is gecreëerd. Hefboom is mooi als alles conform verwachting gaat. Maar als, zoals nu de olieprijs gehalveerd is en het einde van de daling nog niet in zicht is, kunnen de verliezen astronomisch hoog oplopen en financiële instellingen omvallen.
OPEC vastbesloten
Menigeen verwacht dat de huidige olieprijs van iets onder de $50 binnenkort weer zal stijgen, waardoor bovenstaand scenario bezworen kan worden. Er is echter een groot probleem. Beleggers zijn gewend dat de centrale banken alle economische problemen in de kiem kunnen smoren. Zij zijn in staat om min of meer de inflatie, rente en valuta te ‘sturen’ ja, zelfs de aandelenmarkten omhoog te kopen middels futures maar hebben vrijwel geen invloed op de oliemarkt en zeker niet op de productie van Opec-landen.
De oliemarkt is in tegenstelling tot de door centrale banken gemanipuleerde financiële markten een echte markt van vraag en aanbod. De OPEC is vastbesloten om hun marktaandeel de komende jaren te vergroten. Ali Al-Naimi, de olie minister van Saoedi-Arabië, zei eind december letterlijk ‘We houden vast aan ons besluit om de productie niet te verlagen zelfs als de olieprijs daalt tot $20’. De productie van de OPEC- landen blijft dus op een hoog peil waardoor het aanbod van olie vele malen groter is dan de vraag met als gevolg een verder dalende olieprijs. Dat de Amerikaanse olie-industrie het al moeilijk heeft blijkt uit deze grafiek. Het aantal Amerikaans booreilanden neemt daalt sinds kort sterk.
Fed vleugellam
We weten dat vooral de Fed en ook Draghi vooral verbaal en met een strategie van pappen en nathouden de belegger gunstig kunnen stemmen. De strategie van de OPEC is recht door zee en maar op een manier te interpreteren; de olieprijs zal dalen totdat een groot deel van de concurrentie is uitgeschakeld en de OPEC haar marktaandeel heeft vergroot. De Fed is vleugellam bij het manipuleren van de olieprijs. Het enige wat de Amerikaanse overheid zou kunnen doen is een oorlog uitlokken. Laten we hopen dat ze niet zo wanhopig zijn.
Het omvallen van een groot deel van de Amerikaanse olie-industrie als gevolg van een verder dalende olieprijs kan een sneeuwbaleffect hebben en in haar kielzog financiële instellingen neerwaarts meesleuren. Dit zal een nieuwe financiële crisis inluiden waarbij de crisis van 2008 zal verbleken. De OPEC zal uiteindelijk haar marktaandeel veilig stellen. Vervolgens kan de Fed de schuld van de ontstane crisis, die ze zelf grotendeels hebben gecreëerd net zoals in 2000 en 2007, in de schoenen schuiven van de OPEC en als reddende engel optreden door QE4 te introduceren.
Start met Automatisch Beleggen
Financiële markten lijken van slag. Dezelfde krachten die in maart de koersen deden tuimelen, drijven ze nu omhoog.
Vanwege het stijgende aantal besmettingen met het coronavirus en een andere tegenslag in de ontwikkeling van een vaccin zien beleggers af van aandelen.
Bijna een procent boven het niveau van de vorige dag, schommelde de leidende Duitse beursindex door de laatste handelsdag van de week.
Kort voor het jaareinde loont het de moeite om terug te blikken op een spannend beursjaar. Maar de vooruitzichten voor 2021 beloven ook geen verveling.
“het aanbod van olie vele malen groter is dan de vraag”
Hier is de auteur mi. wat al te enthousiast. Als we onder “vele” tenminste twee mogen verstaan dan worden er geen 90 miljoen vaten geproduceerd per dag maar 180 m. of 270 miljoen. Dat is natuurlijk onmogelijk en dus onjuist. Feitelijk is er in q4 een record (!) aan olie geconsumeerd en is alleen de verachte vraag in q4 0,6 miljoen vaten lager uitgevallen dan de prognose. De lagere groeiverwachting en een hoop politiek hebben de prijs doen kelderen.
Wel is er een veelvoud aan olie “omgezet” in de futuresmarkt maar daar kan een auto niet op rijden:)
Dat is een mooie metafoor!
Aan elke crisis zit een begin,in dit geval is het olie.