Dat de automobielindustrie van groot belang is voor de Duitse en Europese economie, moge genoeglijk bekend zijn. Alleen al in Duitsland is de bijdrage aan de directe en indirecte werkgelegenheid 12 tot 13 miljoen banen groot.
Uit onderzoek van het IMF komt naar voren, dat het belang van de auto-industrie in zijn geheel veel groter is dan tot nu toe verondersteld wordt. Deze sector kent hele lange supply chains voor bijvoorbeeld onderdelen. De industrie verorbert ook heel veel grondstoffen, chemische producten, textiel en elektronica. Daarnaast biedt het ook nog werkgelegenheid in de dienstensector in de vorm van reparaties en onderhoud.
In 2018 liet de auto-industrie voor het eerst sinds de Financiële Crisis een teruggang in productie zien. Volgens het IMF droeg deze krimp meer dan een kwart bij aan de vertraging in 2018 ten opzichte van 2017 en was ook nog eens goed voor 30% van de krimp in de wereldhandel.
Het IMF verwacht in 2020 een licht herstel van die wereldhandel, maar dan moet de automobielsector weer tekenen van leven gaan vertonen. De kans op een verdere afbreuk is trouwens aanzienlijk mocht de handelsoorlog tussen Europa en de Verenigde Staten zich gaan toespitsen op het belasten van de auto. Het Witte Huis heeft gedreigd een importtarief van 25% op de Europese auto te zetten.
Het is dan ook niet vreemd, dat sommige managers in de auto-industrie vooral de handelsoorlog als bron van alle kwaad zien. Door die oorlog kwam de Chinese markt tot stilstand. Juist de vraag uit deze markt had de verkopen opgestuwd. Het IMF is het echter niet eens met deze zienswijze. Het instituut wijst op beleidswijzigingen in China, zoals het terugschroeven van belastingvoordelen voor het kopen van een nieuwe auto. Die deden de verkopen veel pijn. Ook de nieuwe emissietesten in Europa als gevolg van het dieselschandaal zorgden voor de nodige onrust onder potentiële kopers. Een recessie in Turkije, het gedoe rondom Brexit en problemen met de autofinanciering waren evenzovele factoren die de verkopen omlaag drukten.
Volgens Fitch Ratings is het effect van de terugval in de productie van auto’s nog groter dan het IMF denkt. Fitch wijst erop dat ook andere industrieën geraakt worden door de krimp. Ook zijn er negatieve gevolgen af te leiden uit lagere lonen en winsten. Dat gaat ten koste van de consumptie en investeringen. Voor Fitch en voor het IMF is het bijna een uitgemaakte zaak, dat de gezondheid van de automobielsector van het hoogste belang is voor het wel en wee van industriesector in deze wereld.
Zoals het nu gaat, gaat het niet goed. Het kan nog erger worden als de automobielindustrie ook slachtoffer wordt van de tarievenoorlog. Gelukkig lijkt de kans toe te nemen dat het niet zover komt. De VS schijnt een goed gesprek te prefereren boven het opleggen van tarieven op de Europese auto. Die Amerikaanse vriendelijkheid is ook wel te begrijpen. Een tarievenoorlog met de rest van de wereld zou fnuikend uitpakken voor de eigen auto-industrie. Het Peterson Institute for International Economics heeft becijferd dat een verhoging van de tarieven op niet-Amerikaanse auto’s meer dan 600.000 Amerikanen hun baan zou kosten. De productie in de VS zou met 3% dalen.
De tarievenoorlog zou in een klap een einde maken aan een Amerikaanse markt die verhoudingsgewijs nog steeds goed draait, zeker in vergelijking met andere markten. Overigens is de huidige neergang ook voor een deel cyclisch. Jarenlang gingen de verkopen alleen maar omhoog, maar zoiets duurt natuurlijk niet eeuwig. Het vervelende is weer wel, dat de neergang komt op een moment dat de sector zich geplaatst ziet voor heel grote investeringen voor de elektrische auto. Dat is weliswaar een veelbelovende nieuwe markt, maar ook een markt die de komende jaren verlieslatend zal zijn.
Samengevat: al het nieuws over de (wereld)economie en de handelsoorlog stemt de consument afwachtend. De onzekerheid doet hem traditiegetrouw besluiten om geen grote en dure aankopen te doen. Waarom zou je een nieuwe auto kopen als de omstandigheden niet goed voelen?
Start met Automatisch Beleggen
De geschiedenis leert geen lessen, maar soms dringen de parallellen zich wel erg benauwend op. Neem bijvoorbeeld de snel verslechterende relaties tussen de huidige twee supermachten.
Vorige maand won de bezorgdheid over een wereldwijde recessie aanzienlijk terrein. De VS meldde dat de economie voor het tweede opeenvolgende kwartaal krom.
De grote Duitse autofabrikanten zitten in de hoek waar de klappen vallen. Het dieselschandaal eist nog steeds miljarden aan boetes.