De westerse beurzen zijn een aantal procent gedaald na de rampspoed in Japan. Beurzen houden niet van onzekerheid en een nucleaire wolk die Tokio nadert maakt beurzen nog nerveuzer. Toch is de reactie van veel marktvorsers geruststellend. Immers, de geschiedenis leert dat beurzen snel herstellen van natuurrampen in goed georganiseerde westerse landen.
Een ramp zorgt voor politieke eenheid en vastberadenheid. Van de noodzakelijke investeringen om de schade te herstellen profiteren veel bedrijven. Japan, bij uitstek, voldoet aan het beeld van een goed georganiseerd Westers land. Ook ik kijk met bewondering naar de kalmte en georganiseerdheid waarmee naar overlevenden wordt gezocht. Over vastberadenheid gesproken: 50 werknemers zijn in de kerncentrale Fukushima Daiichi achtergebleven om Japan van een grotere nucleaire ramp te behoeden terwijl zij zelf niet aan de straling kunnen ontsnappen.
Door de recente geschiedenis van Japan verwacht ik helaas een ander scenario.
Japan. Heerser van het economisch universum in de jaren tachtig. Tot lichte verbijstering van het westen moest geconstateerd worden dat Japan, aanvankelijk beschouwd als kundige namakers, de wereld overspoelde met superieure producten van technologische aard van onder meer Toyota, Panasonic en Sony. Eind jaren tachtig hadden opportunistische beleggers zich neergelegd bij de Japanse suprematie. De marktkapitalisatie van de Japanse beurs was opgelopen naar 50% van de totale beurswaarde wereldwijd. Vijftig procent (percentage voor de laatste aardbeving: 8%). Het optimisme leidde tot ongekende zeepbellen. Alleen al de grond waarop het keizerlijk paleis stond werd waardevoller gewaardeerd dan heel Californie. De geschiedenis heeft geleerd dat de Japanse economie sindsdien al decennialang worstelt en Japanse ondernemingen hun suprematie niet hebben kunnen vasthouden. Met name Japanse technologische ondernemingen zijn hard ingehaald door Amerikaanse ondernemingen. Microsoft, Google, Intel en Apple toonden zich innovatief en Japan, maar ook de rest van wereld in dit verband, bleef achter.
Daarnaast hebben onder andere jarenlang dalende onroerend goed prijzen, sinds eind jaren tachtig lokaal zelfs met 80 procent, ervoor gezorgd dat Japan, als wereldwijde uitzondering, geconfronteerd werd met deflatie. De van nature voorzichtige japanner reageerde door veel te sparen, aangezien prijzen in de toekomst toch goedkoper zouden worden, met een ongekende gemiddelde spaarquote van 12 tot 16 procent als gevolg. Deze hoge spaarquote frustreerde de economische groei. Opeenvolgende Japanse regeringen hebben geprobeerd de economie aan te zwengelen door veel geld uit te geven aan onder andere infrastructurele projecten. Juist door deze hoge spaarquote kon de regering goedkoop geld lenen. Deze politiek had echter wel een prijs: de huidige staatsschuld van Japan is 210% van het BNP. Oneindig veel hoger dan de zwaar onder vuur liggende zwakke broeders van Europese Unie. Desondanks is Japan nog steeds een van de meest welvarende landen in de wereld.
DE reden dat Japan haar staatschuld kan financieren komt door de ongekend hoge binnenlandse spaarquote waardoor Japan vooralsnog niet blootgesteld wordt aan de internationale kapitaalmarkten. Mede geholpen de deflatoire omgeving hoeft Japan slecht 1% rente te betalen op haar staatsschuld aan Japanse investeerders. Ondanks de extreem lage rente is Japan nu 18% van haar staatsbudget kwijt aan rentebetalingen….
Dit fragiele evenwicht komt zwaar onder druk te staan.
Van alle westerse landen is Japan het eerste land dat geconfronteerd wordt met de gevolgen van vergrijzing. De enorme welvaart heeft geleidt tot een scherpe daling van het geboortecijfer terwijl Japanners relatief extreem oud worden. In 2015 is de verwachting dat 40% van de Japanners de pensioensgerechtigde leeftijd hebben bereikt. Mede door een extreem restrictief toelatingsbeleid voor buitenlanders is een demografische catastrofe gaande waarvan een draai in de spaarquote een gevolg zal zijn. Pensioengerechtigden gaan interen en kunnen dus niet meer sparen. Juist op het moment waarop Japan een extra beroep moet doen op spaarders om haar uitdijende begrotingstekort te kunnen financieren. Alleen al deze week pompte de Japanse centrale bank 23000 miljard yen, 200 miljard euro, in de economie. Op de bonnefooi.
Een gedwongen beroep op de internationale kapitaalmarkten leidt echter tot een nieuwe realiteit. Buitenlandse beleggers zullen geen genoegen nemen met een rentevergoeding van 1%. Zeker gezien de huidige staat van de overheidsfinanciën in Japan. Op dit moment loopt de korte rente in Japan snel op met verstrekkende gevolgen voor de financiering van de Japanse staatsschulden. Een hogere rente zet direct een rem op de Japanse overheidsuitgaven en zal Japan in een nog diepere recessie storten.
Een eventueel imploderen van de Japanse economie zal gevoelige repercussies hebben voor de wereldeconomie en rechtvaardigt een forse correctie op de beurzen.
Jasper Pool
www.beleggingsdoel.nl
Jasper, mischien is iets anders wat je niet belicht hebt belangrijker als beleggingsdoel. Hoe zal het verder vergaan met de nucleaire industrie. Hier in Australie zijn uranium producenten door de Japanse catastrofe minimaal in prijs gehalveerd. Ik doe op dit moment een soort van bottom fishing in de uranium producenten. Maar aan de andere kant wanneer is het tijd om Tokyo Electric op te pikken.
Klaas
goede column Jasper.