De financiële media worden al wekenlang gedomineerd door de Griekse worsteling met hun enorme schuldenlast. Veel economen hebben zich inmiddels het hoofd gebroken over de mogelijke gevolgen van een Grieks bankroet voor de rest van de Europese Unie. Afgelopen weekeinde bracht een gezamenlijk reddingsplan van de Europese Unie en het IMF de Grieken uitkomst. De financiële markten blaakten een zucht van verlichting tot uiting komend in het gemak waarmee de Griekse staat vervolgens weer kon lenen op de kapitaalmarkt. Alle betrokkenen bij deze Griekse tragedie zouden er echter verstandig aan doen hun licht eens op te steken bij een aantal economieën in Oost-Europa.
Tijdens de zwartste dagen van de financiële crisis meer dan een jaar geleden vormde niet Griekenland maar een aantal voormalige communistische landen in het oosten van Europa de grootste bedreiging voor het economisch welzijn van de rest van Europa. De roekeloze kredietverlening van westerse banken aan bedrijven en particulieren in Oost-Europa dreigde door de recessie te leiden tot een volledige economische ineenstorting. De economieën in Oost-Europa waren zwaar getroffen door de financiële crisis.
Naar schatting zou alleen al het Oostenrijkse bankwezen zo’n 200 miljard euro aan kredieten hebben uitstaan in Oost -Europa. Stopzetting van deze kredietverlening en liquidatie van het onderpand zou rampzalige gevolgen hebben. Niet in het minst voor de banken zelf vanwege de noodzakelijke kolossale afschrijvingen. Voeg daar nog eens de relatief zwakke democratieën en veel ontevreden kiezers aan toe en men heeft het recept voor een levensgevaarlijke politieke cocktail.
Ruim een jaar later blijkt een catastrofe afgewend. Zo heeft Polen – verreweg de grootste van deze opkomende economieën in het oosten – als enige economie uit de EU helemaal geen recessie gekend. Dit jaar verwacht men weer een groei van ruim 3 %. Maar ook Hongarije en Tsjechië zijn bezig aan een opmerkelijk herstel. Iets wat ook blijkt uit de opmars van hun valuta. Zo namen de Poolse zloty en de Tsjechische kroon in waarde toe ten opzichte van de euro.
Maar meer nog blijkt het herstel uit oplopende koersen op de beurzen. Zo steeg de MSCI Eastern Europe-index vorig jaar met 75 %. En ook dit jaar staan de Oost-Europese beurzen inmiddels ruim 17 % hoger. De Hongaarse beurs spant de kroon met een rendement van ruim 23 %. Bedenk dat Hongarije het land was met de grootste economische problemen ruim een jaar geleden.
Wat lag ten grondslag aan deze wederopstanding? Ten eerste was hier in tegenstelling tot Griekenland wel sprake van een grote daadkracht van de Europese autoriteiten. Zo voorkwam de European Bank for Reconstruction en Development een volledige meltdown van de kredietverlening aan Oost-Europa en droeg zij bij aan een proces van geleidelijke schuldafbouw. Ook de Europese Commissie en de Europese Centrale Bank begrepen al snel dat deze zware economische crisis in Oost-Europa zich als een olievlek naar West Europa zou kunnen verplaatsten wanneer er niet tijdig zou worden gehandeld.
Goedkope kredieten hielden de Oost-Europese economieën overeind. En ook het IMF stelde zich coulant en flexibel op. De weerzin van de Europese Unie om in het geval van Griekenland deze organisatie opnieuw te hulp te vragen lijkt in deze meer op een machtsspel dan een poging een serieuze oplossing te vinden.
Maar vooral de standvastigheid van Oost-Europese politici en burgers bleken verrassend. Want de noodzakelijke bezuinigingen waren bepaald niet misselijk en op applaus van de bevolking hoefde niet te worden gerekend. Maatregelen die in sommige gevallen – Hongarije en Letland – zelfs door minderheidsregeringen werden doorgevoerd en desondanks door de bevolking werden geaccepteerd. Snoeiharde bezuinigingen, belastingverhogingen, verhoging van de pensioengerechtigde leeftijd en flexibilisering van de arbeidsmarkt.
Voor de zwaar getroffen economieën van Spanje, Portugal en Italië mogelijk een wijze les. En wellicht ook voor Nederland. Zoals zo vaak werden deze ontwikkelingen het eerst opgemerkt op de beurs. Aandelenkoersen zijn immers de minst slechte voorspeller van de economische toekomst. Maar ondanks dit herstel zijn de beurzen van Oost-Europa nog lang niet terug op het niveau van voor de crisis. Er ligt nog meer in het verschiet.
Jan-willem Nijkamp
Werkzaam voor Inmaxxa Vermogensbeheer
Gratis e-mail alert
Wilt u op de hoogte blijven van de laatste berichten en opinies van De Kritische Belegger?
Abonneer u dan op onze gratis e-mail alert service.KLIK HIER