Het volgende rentebesluit van de ECB staat gepland voor 2 februari. Het besluit van december werd sterk betwist tussen de voorstanders van een renteverhoging met 50 basispunten en degenen die liever nog een verhoging met 75 basispunten hadden gezien. Uiteindelijk werd het 50 bp, met een duidelijke indicatie dat er in 2023 meerdere stappen van 50 bp kunnen worden verwacht. Het is dus duidelijk dat de ECB zowel op 2 februari als in maart de beleidsrente met 50 bp zal verhogen. Er hebben zich nog geen buitengewone gebeurtenissen voorgedaan die een afwijking van de prognose zouden rechtvaardigen.
De inflatie daalde weliswaar de laatste tijd, maar ligt met ongeveer 9% nog steeds ruim boven het streefcijfer van de centrale bank. Een verdere daling is zeker en een daling tot ongeveer 5% in de zomer is mogelijk. De kerninflatie daarentegen stijgt gestaag en overschreed in december de grens van 5%. Hieruit blijkt dat de inflatie zich heeft vastgezet en dat verdere inspanningen nodig zijn om de inflatie weer binnen de doelzone van de centrale bank te brengen.
Naast de vraag wat de centrale bank zal doen, is er natuurlijk ook altijd de vraag wat wij zouden doen mochten we in de schoenen van de ECB staan.
Onze grootste bekommernis is de omvangrijke steun voor het begrotingsbeleid in de eurozone en het effect daarvan op de toekomstige ontwikkeling van de inflatie. De coronasteun heeft het vermogen van met name particuliere huishoudens aanzienlijk verhoogd. Maar ook de kapitalisatie van veel bedrijven is beter dan voor de crisis. Vanwege de ondersteunende betalingen om de explosie van de energieprijzen op te vangen blijven deze vermogenskussens gehandhaafd. Bovendien is het de bedoeling dat er tegenover het infrastructuurprogramma van de Amerikaanse regering een overeenkomstige tegenhanger in de eurozone komt.
Dit zorgt voor een inflatoir potentieel dat de centrale bank zo snel mogelijk moet tegengaan met nog grotere renteverhogingen. Een verhoging van de depositorente van de huidige 2% naar 3% zal niet voldoende zijn. 4, 5 of zelfs 6% moet het doel zijn, in combinatie met een tijdige vermindering van de door de ECB aangehouden obligaties.
Auteur: Volker Schmidt, Senior Portfolio Manager bij Ethenea