2024 zal in het teken staan van een gematigde wereldwijde groei en een kerninflatie die hoger blijft dan de streefcijfers van de centrale banken. De Amerikaanse economie lijkt robuuster dan die van de eurozone. De Westerse centrale banken beginnen de rente te verlagen, maar niet zo agressief als nog steeds verwacht. De vooruitzichten voor China verbeteren geleidelijk dankzij de overheidssteun, maar de vastgoedsector blijft de groei belemmeren.
De huidige schatting van het IMF (januari 2024) voor de wereldwijde economische groei van 3,1% voor 2024 ligt onder het langetermijngemiddelde, maar is nog steeds gematigd te noemen. Enerzijds zorgen de solide groei en de aanhoudende deflatoire trend ervoor dat een wereldwijde recessie steeds onwaarschijnlijker wordt. Aan de andere kant zorgen sterke overheidssteun, solide arbeidsmarkten en geopolitieke onzekerheden ervoor dat het deflatoire proces op middellange termijn stokt.
De vooruitzichten voor 2024 zullen sterk worden beïnvloed door het tempo van de versoepeling van het monetaire beleid, de komende wereldwijde verkiezingen en het verloop van de geopolitieke spanningen. In de komende maanden zullen de centrale banken de belangrijkste rentetarieven beginnen verlagen. Dit zal echter langzamer en meer stapsgewijs gebeuren dan de markten tot nu toe hadden verwacht.
In meer dan 70 landen gaat in totaal meer dan de helft van de wereldbevolking naar de stembus. Niet alleen zullen de zittende machthebbers proberen hun herverkiezing veilig te stellen door middel van fiscale programma’s, maar de resultaten zullen ook een impact hebben op de toekomstige koers van het fiscaal, handels- en immigratiebeleid en op de geopolitiek.
Verenigde Staten: aanhoudend goede economische cijfers
Met een bbp-groei van 3,3% in het vierde kwartaal van 2024 is de Amerikaanse economie opnieuw verrassend positief. Dit is de hoogste economische groei in de VS sinds zeven maanden en is te danken aan sterke ordervolumes. De vooruitzichten voor het eerste kwartaal van 2024 wijzen op een gezonde expansie. Terwijl de industriële activiteit stagneert, heeft het consumentenvertrouwen zich sterk hersteld. Het is dan ook geen verrassing dat solide detailhandelscijfers de economische groei blijven ondersteunen. Ook de arbeidsmarkt normaliseert zich verder en het evenwicht wordt hersteld. Bovendien helpt de dalende hypotheekrente de huizenmarkt, die de komende maanden tekenen van verbetering zou kunnen vertonen.
Hoewel de deflatoire trend afzwakt, lijkt deze tot nu toe intact. De consumentenprijsindex steeg in december tot 3,4%, maar de PCE-gegevens die de voorkeur van de Fed genieten, zijn bemoedigender. De kern-PCE daalde in december onder de 3% en bovendien lijken de inflatieverwachtingen nog steeds gegrond. De vertraging van de inflatie is een welkome ontwikkeling. Bovenal zullen de solide arbeidsmarkt, robuuste cijfers over de consumentenbestedingen en verdere begrotingsstimulansen in de aanloop naar de presidentsverkiezingen in november de deflatoire cyclus waarschijnlijk verlengen en de snelle terugkeer van de inflatie naar de doelstelling van 2% in gevaar brengen.
Ondanks het positieve nieuws over de inflatie zijn de voorwaarden voor een renteverlaging volgens ons dan ook niet vervuld. De Fed zou nog even moeten wachten om het volledige effect van haar verkrappingscampagne te zien. Natuurlijk staat de Fed momenteel voor het dilemma dat, als ze te laat reageert, ze ten eerste het risico loopt de economie te veel af te remmen en ten tweede gezien zal worden als politiek gemotiveerd in de aanloop naar de verkiezingen. We verwachten zeker dat de markt de verkeerde beslissing heeft genomen door ervan uit te gaan dat de rente al in maart zou worden verlaagd. We verwachten ook dat de aanhoudend goede economische cijfers het optimisme over een soepel beleid zullen temperen.
Eurozone: het ergste kan voorbij zijn
De cijfers voor de eurozone bleven zwak in het vierde kwartaal van 2023. De economie van de eurozone bevond zich in de tweede helft van 2023 in een technische recessie, maar op basis van de gegevens waarover we beschikken, verwachten we dat het ergste voorbij kan zijn. De groei in de eerste helft van 2024 zal ook laag blijven, maar we verwachten eerder een stagnatie van de economische groei dan een scherpe recessie. De werkloosheid in de eurozone bereikte in december met 6,4% een historisch dieptepunt. In tegenstelling tot de VS verzwakte het consumentenvertrouwen opnieuw in januari en daalden de detailhandelsverkopen verder aan het einde van 2023. Stijgende reële lonen en een recordlage werkloosheid zouden de particuliere vraag in de komende maanden echter moeten ondersteunen. Een verbeterde consumentenvraag en stijgende arbeidskosten kunnen echter leiden tot een hogere inflatie en zo een snelle deflatie voorkomen.
De zwakke wereldwijde vraag zorgt voor problemen in exportgerichte landen en sectoren. Vooral de Duitse verwerkende industrie wordt zwaar getroffen. De binnenkomende orders en de industriële productie blijven achter.
Uit de enquête van de ECB over de kredietverlening door banken blijkt dat de kredietvoorwaarden weliswaar krap blijven, maar dat de verkrapping mogelijk al een hoogtepunt heeft bereikt. De kerninflatie daalde naar 3,6% op jaarbasis, maar ligt nog steeds ruim boven het streefcijfer van de centrale bank. De ECB blijft data-afhankelijk en wacht af wat er de komende maanden gebeurt. Aangezien de macro-economische gegevens wijzen op een stabilisatie van de economie in de eurozone tot het midden van het jaar en de spreads op staatsobligaties geen tekenen van fragmentatie vertonen, is er voor de ECB geen reden om overhaast te werk te gaan.
China: deflatoire economie
De Chinese economie is nog steeds zwak en blijft kampen met een deflatiedruk en problemen in de vastgoedsector. Over het geheel genomen bereikte de Chinese groei vorig jaar 5,2%, wat overeenkomt met de officiële groeidoelstelling van ongeveer 5%. Het afgelopen jaar eindigde met een gemengd beeld: enerzijds een zwakke inflatie, een verzwakkende dienstensector en aanhoudend matige kredietverlening door banken en anderzijds een stabilisatie van de verwerkende industrie en een verbetering van de export vanuit een lage uitgangspositie. De consumentenbestedingen blijven een van de belangrijkste aanjagers van de groei, met een solide toename van de dienstengerelateerde detailhandelsverkopen. Hoewel er ook tekenen zijn van een opwaartse trend in de industrie, blijft de vastgoedsector de zwakste sector, ondanks de introductie van betaalbare woningbouwprojecten, diverse versoepelingsmaatregelen en liquiditeitsverhogingen.
De economie blijft deflatoir, hoewel met +0,6% op jaarbasis de kerninflatie positief was. De enquêtes over de toekomstige economische activiteit blijven zwak en wijzen op een stagnerende economie. Als reactie hierop voeren politieke besluitvormers hun activiteiten op. Hoewel er nog geen details bekend zijn gemaakt, zal het begrotingstekort waarschijnlijk 8% van het bbp blijven.
Het monetaire beleid zal het expansieve begrotingsbeleid ondersteunen. De PBoC verraste de markten onlangs niet alleen met een verlaging van de reserveverplichtingen met 50 basispunten, die sterker was dan verwacht, maar zinspeelde ze ook op meer maatregelen. De vooruitzichten voor China zijn iets constructiever dan in de voorgaande maanden, maar de snelheid waarmee de problemen in de vastgoedsector worden opgelost, zal het verloop van de verdere ontwikkelingen blijven bepalen.
Door Michael Blümke, Senior Portfolio Manager bij Ethenea