Het ziet ernaar uit dat het Nederlandse bedrijfsleven weer in zwaar weer is terecht gekomen. Onder druk van de concurrentie uit het oosten gaat Philips weer grootschalig banen schrappen. Datzelfde Philips heeft samen met andere grote industriële bedrijven uit Brabant de Nederlandse overheid opgeroepen maatregelen te nemen om de positie van diezelfde bedrijven beter tegen het zware economische weer te beschermen. Indien dat niet gebeurt, dan zal de positie van de Nederlandse industrie verder verzwakken en afkalven.
Diensten versus industrie
In Nederland zijn we misschien nog meer dan in andere landen overtuigd van het geleidelijk verdwijnen van de industrie naar landen als China, Vietnam of India. Daar zijn de lonen laag en is er een overvloed aan goedkope arbeidskrachten. Nederland, zo heet het, kan alleen maar overleven door zich toe te leggen op hoogwaardige dienstverlening. De huidige crisis heeft echter bewezen, dat dit een loze gedachtegang is. Zonder een industrie van enige betekenis binnen handbereik zitten de hoogwaardige dienstverleners duimen te draaien. De zogeheten opkomende markten ontwikkelen razendsnel hun eigen hoogwaardige dienstverlening.
De huidige crisis geeft echter ook voorbeelden, dat het geleidelijk afscheid nemen van de industrie helemaal geen wetmatigheid is. Dat althans beweert de Boston Consulting Group (BCG)in een reeks van artikelen en rapporten (Boston Consulting Group, why U.S. manufacturing is poised for a comeback, June 2011 Idem, made in America, again. Why manufacturing will return to the US. August, 2011 Idem, the U.S. manufacturing renaissance. Which industries? October 2011).
Verschuivende concurrentieverhoudingen
De teneur van de rapporten is, dat zo rond 2015 het voor industriële bedrijven net zo aantrekkelijk is om in de VS te produceren als in China. Daar zijn een handvol redenen voor aan te wijzen. Het belangrijkste argument is wel, dat China in de komende jaren zijn kostenvoordeel gaat verspelen. Dat is voor een deel te wijten aan het Chinese beleid om de binnenlandse koopkrachtige vraag te stimuleren. Loonstijgingen van 25% zijn in dit land nu eerder regel dan uitzondering. Arbeid in de steden aan de oostkust wordt geleidelijk ook schaarser. Het binnenland is voor veel westerse bedrijven minder aantrekkelijk. Arbeid is er vaak laaggeschoold en de infrastructuur op zijn best gebrekkig. Het is niet alleen arbeid die duurder wordt, ook de renminbi doet dat, evenals bijvoorbeeld de kosten voor transport. Hoewel de productiviteit van de Chinese werknemer stijgt, biedt dat onvoldoende compensatie voor de kostenstijging, zoals uit Figuur 1 blijkt.
Daar staat tegenover dat de VS in sommige zuidelijke staten een lage lonen land is geworden. Voorbeelden zijn South Carolina, Alabama en Tennessee. Lonen staan permanent onder druk, de werknemer wordt noodgedwongen steeds flexibeler inzetbaar en de productiviteit in de industrie blijft maar stijgen. De consultants van BCG adstrueren hun betoog met voorbeelden uit de praktijk. Zo heeft Ford Motors besloten 2000 banen te ‘reshoren’, terug te brengen naar de VS.
Terug naar huis
Natuurlijk stellen ze zich ook de vraag of deze voorbeelden incidenten zijn of de pioniers van een bredere trek. BCG meent dat zijn voorbeelden voorbodes zijn, maar ze voegen er onmiddellijk waarschuwende woorden aan toe. China blijft een industriële grootmacht die tegen lage kosten kan en blijft produceren. Bedrijven zullen echter een steeds groter deel van hun capaciteit aanwenden om te produceren voor de Chinese koopkrachtige consument of zijn neven in de rest van Azië. Als het om ‘reshoren’ gaat, zullen alleen die industrieën een terugkeer overwegen waarvoor de component arbeid bij de productie beperkt is of die slechts in kleine volumes produceren.
De consultants zien zeven belangrijke industriële activiteiten die in de komende jaren tot 2020 hun koers weer terug verleggen naar de VS. De belangrijkste zijn die van de productie van ICT goederen en elektrische apparatuur. En mochten de rapporteurs van BCG gelijk krijgen dan zal dat de VS geen windeieren leggen. Er zullen twee tot drie miljoen banen bijkomen in de industriële sector. De zeven sectoren zijn nu goed voor 70% van de importen uit China, die in 2010 een waarde vertegenwoordigden van om en nabij USD 300 miljoen. Met een beetje geluk kan over enkele jaren 30% van deze importen definitief naar de VS terug komen. De VS zouden zodoende van importeur weer kunnen veranderen in een exporteur. Tel uit je winst.
Figuur 2
Komt West Europa ook voor in de betogen van BCG? Jawel, maar in dit deel van de wereld zal van een industriële renaissance geen sprake zijn. Met uitzondering van Duitsland zal dit deel van de wereld een groeiend afzetgebied vormen voor industriële exporten uit China. Uiteindelijk zal slechts een enkele dienstverlener van deze gang van zaken beter worden. De overheid doet er goed aan de hartenkreet van de Brabantse industrie serieus te nemen.
Dr. C.A.M. Wijtvliet
corwijtvliet@dekritischebelegger.nl
De auteur is zelfstandig gevestigd analist. Hij schrijft over uiteenlopende onderwerpen die de beleggingswereld raken. Daarnaast geeft hij lezingen en presentaties. De auteur is als partner verbonden aan De Weygerbergen, bureau voor performancemeting en vermogensbegeleiding in Eindhoven, www.Weygerbergen.com. Hij schrijft zijn columns op persoonlijke titel.
Start met Automatisch Beleggen
En weer gaan centrale banken de rente verlagen. Ditmaal om de effecten van het coronavirus in te dammen. Maar heeft het eigenlijk wel zin ?
Over de hele wereld woedt er discussie over de beste manier om de verspreiding van het coronavirus aan te pakken, waarbij landen radicaal verschillende benaderingen hanteren in de strijd tegen de ziek...
Christian Sewing roept bedrijven op om zich agressiever aan te passen aan de nieuwe omstandigheden als gevolg van de coronacrisis. Hij denkt dat de crisis langer zal duren dan verwacht.
De geschiedenis leert geen lessen, maar soms dringen de parallellen zich wel erg benauwend op. Neem bijvoorbeeld de snel verslechterende relaties tussen de huidige twee supermachten.
Zoals altijd draait het om geld. In het geval Philips, dat veel banen gaat schrappen, om het geld van de belegger. Het is altijd dat dit zwaarder weegt dan het belang van hun werknemers, wat een groot kapitaal is. Het is echter ook algemeen bekend dat naarmate men de werknemer op een lager plan zet dit slecht is voor het bedrijf. Men gaat slechter functioneren, meer ziekteverzuim etc.. De top doet zich echter niets tekort en int de bonussen over de rug van de werknemers, die het “vuile” werk moeten opknappen.
Als bedrijven wat meer oog zouden hebben voor hun medewerkers en wat minder voor de aandeelhouders zouden in Nederland veel bedrijven beter draaien en dus ook een redelijke winst maken.
Ik zie het net zo wat betreft Philips en Nederland. Ik zie ook dat de productiviteit in China achterblijft en wij in Europa hard ons best moeten blijven doen efficient te werken om niet ten onder te gaan. Wat betreft US, uit eigen ondervinding weet ik dat het in sommige staten moeilijk is om goed geschoold personeel te vinden en dan gaat het om de simpelste dingen die de mensen niet beheersen. In Carolina verwacht je eigenlijk een hele andere bevolking dan je daar aantreft, je kunt beter met de Spaanse taal uit de voeten dan met Engels….. Het personeel dat je daar aantrekt en moeizaam een methode aanleert is snel weer weg met vaak de reden ze een WW uitkering kunnen aanvragen – het is misschien raar maar er zijn daar velen die echt te lui zijn om te werken.
Welke Carolina? North of South?