Wie aan de hypotheekmarkt denkt, denkt dan bijna automatisch aan banken. Het zijn de banken die deze markt domineren en dat was zeker in het recente verleden het geval. Nog in 2010 hadden Nederlandse banken een marktaandeel van 80%. Aan die vanzelfsprekende dominantie is echter een einde gekomen. Institutionele instellingen als pensioenfondsen, maar zeker ook de verzekeraars breken met succes in op deze markt. Genoemde partijen financieren ongeveer 20% . Wanneer we de bancaire dochters meetellen dan loopt het aandeel zelfs op naar 28%. De omvang van de niet-gesecuritiseerde hypotheekleningen is sinds 2010 verdubbeld van € 35 miljard naar € 73 miljard. Het aandeel van banken in de nieuwe productie is gedaald naar 62%.
Foto 1: Verschuivingen op de hypotheekmarkt
Overigens zijn verzekeraars actiever op de markt voor hypotheken dan pensioenfondsen. Het aandeel van hypotheken in de beleggingsportefeuille is met 16% het grootst bij de levensverzekeraars, gevolgd door schadeverzekeraars met 4% en op eerbiedige afstand gevolgd door pensioenfondsen met een schamele 2%. Het zijn vooral de zes grootste verzekeraars die beleggen in hypotheken. Het doen en laten van verzekeraars op de hypotheekmarkt kent trouwens een lange geschiedenis. In de jaren vijftig en zestig waren zij het die samen met de hypotheekbanken de markt domineerden. In de daaropvolgende decennia trad branchevervaging op: handelsbanken en de Rijkspostspaarbank kwamen op de markt en ook de landbouwbanken en de spaarbanken breidden hun hypothecaire kredietverlening snel uit. Het waren vooral de (algemene) banken die de enorme groei van de hypotheekschuld financierden. Hun marktaandeel nam sterk toe in de jaren van hoogconjunctuur en een uitbundige huizenmarkt. Opvallend genoeg nam juist in mindere tijden het aandeel van institutionele beleggers weer wat toe. Over de gehele periode van de afgelopen decennia is het aandeel van banken fors gegroeid. Naast de branchevervaging zijn er drie andere mogelijke verklarende factoren: de grotere elasticiteit van de balans van banken ten opzichte van institutionele beleggers, de daling van de bancaire kapitaaleis voor hypothecaire leningen en een sterke toename van internationale diversificatie door institutionele beleggers.
Foto 2: Hypotheekmarkt in historisch perspectief
Er zijn aanzienlijke verschillen tussen de hypotheekleningen van banken en die van institutionele beleggers. Verzekeraars en pensioenfondsen financieren op dit moment vooral hypotheken met een rentevaste periode van twintig jaar. Marktsegmenten met kortere rentelooptijden worden nog steeds gedomineerd door banken. De hernieuwde belangstelling van verzekeraars voor de hypotheekmarkt heeft (uiteraard) veel zo niet alles te maken met de lage rente. Dat heeft de financiële positie van de verzekeraars onder druk gezet. Ze zijn daarom op zoek naar beleggingen met een gunstig rendement in combinatie met een beperkt risico en een relatief lage kapitaaleis. Hypotheekleningen worden in dit perspectief gezien als een aantrekkelijke beleggingscategorie, met een relatief stabiel beleggingsrendement dat hoger ligt dan het rendement op staatsobligaties. Dit komt deels door het illiquide karakter van beleggingen in hypotheekleningen. Verzekeraars en pensioenfondsen zijn relatief goed gepositioneerd om hiervan te profiteren vanwege hun lange beleggingshorizon. Tegelijkertijd groeit het vertrouwen van beleggers in de Nederlandse hypotheekmarkt dankzij het herstel van de huizenmarkt en geringe verliezen op hypotheken, ook tijdens de recente crisisjaren. Daarnaast kiezen consumenten vanwege de lage rente vaker voor een hypotheek met een lange rentevaste periode. Voor verzekeraars is dit een relatief aantrekkelijk hypotheekmarktsegment, omdat deze hypotheekleningen goed aansluiten bij het langlopende karakter van hun verplichtingen.
Een aantal aspecten heeft de toetreding tot de Nederlandse hypotheekmarkt aantrekkelijker gemaakt. Hypotheken zijn steeds meer een standaardproduct geworden dankzij verschillende ontwikkelingen: de verlaging van de Loan-To-Value-limiet, de aanscherping van de inkomensnormen en de fiscale stimulering van de aflossing op nieuwe hypotheken. Veranderingen in toezichtkaders zijn eveneens medeverantwoordelijk voor de verschuivingen. De afgelopen jaren zijn de kapitaaleisen voor banken aangescherpt, voor zowel de kwaliteit als de kwantiteit van kapitaal dat zij moeten aanhouden. Kapitaaleisen lijken overigens niet een dominerende rol te spelen in de samenstelling van de hypotheekleningenportefeuilles. Zo zien we dat pensioenfondsen en verzekeraars relatief veel in NHG-leningen beleggen die voor deze spelers eenzelfde kapitaalbeslag kennen als leningen zonder NHG. Banken verstrekken juist relatief weinig NHG-hypotheken, terwijl zij voor dit type leningen een voordeel genieten in het kapitaalbeslag.
Foto 3: Verzekeraars kiezen liever voor NHG-hypotheken
De toekomstige omvang van hypotheekbeleggingen van institutionele beleggers wordt vooral bepaald door het beleggingsbeleid van pensioenfondsen. Voor verzekeraars lijkt de ruimte om verder te groeien in hypotheekleningen beperkt, aangezien hypotheekleningen nu al een substantieel deel (15%) van het belegde vermogen uitmaken en de levensverzekeringssector naar verwachting zal krimpen. Daarentegen kunnen pensioenfondsen op korte termijn hun beleggingen op de hypotheekmarkt nog flink uitbreiden, aangezien op dit moment minder dan 2% van de belegde middelen van pensioenfondsen bestaan uit hypotheken.
De verzekeringssector zal de komende jaren structureel veranderen. Daar liggen technologische, economische en maatschappelijke ontwikkelingen ten grondslag. Ook een veranderend klantgedrag en de veranderende wet- en regelgeving hebben hun weerslag op de sector. ER Capital is daarom terughoudend op verzekeraars. Onze favorieten zijn Aegon, ASR, Axa en NN Group.
Gratis nieuwsbrief
ER Capital biedt wekelijks tips voor beleggers. Schrijf u nu vrijblijvend in op hun gratis nieuwsbrief.
Dit is een opinie van ER Capital en het mag niet worden opgevat als beleggingsadvies of uitnodiging om te gaan beleggen. In het verleden behaalde rendementen bieden geen garantie voor de toekomst. De redactie heeft geen positie in de genoemde effecten. Op dit artikel is onze disclaimer van toepassing.