Beleggingsfondsen: waarom zou u?

Veel banken raden u aan om beleggingsfondsen te kopen vanwege de spreiding. De gedachte is dat een goede spreiding het risico vermindert. Maar is dit wel het hele verhaal?

Als u bank vertelt dat u meer dan 40 aandelen in bezit moet hebben voor een goede spreiding en daarmee het risico vermindert, krijgt u niet het hele verhaal te horen. De kans is groot dat de beheerder van uw geld een relevante index op de voet volgt om zodoende geen grote afwijking ten opzichte van de “benchmark” te hebben, de zogenaamde “closet indexers“. Daarmee betalen beleggers te hoge vergoeding zonder er iets extra voor terug te krijgen.

Ook zetten fondsmanagers brokers aan om meer aandelen te kopen en te verkopen. Zij hebben soms ook aandelen in bezit die niet goed gevolgd worden.

Een manier om het kaf van het koren te scheiden is door een zogenaamde Monte Carlo simulatie te gebruiken. Hiermee krijgt u inzicht in het risico dat gepaard gaat met de investering. Na het invoeren van de exploitatiegegevens in de vorm van verwachte waarden en afwijkingen ten opzichte die waarden (bandbreedtes) start u de simulatie. De uitkomsten bieden inzicht in hoeverre de investering risicovol is. U kunt deze gebruiken om zelf te bepalen in hoeverre u het risico wilt afdekken.

De naam “Monte Carlo simulatie” is ontleend aan de stad in Monaco die als belangrijkste attractie veel casino’s kent. Met kansspellen als roulette, dobbelspellen en fruitmachines die een willekeurig gedrag vertonen. De roulettewielen worden gezien als apparaten die willekeurige getallen genereren. De methode werd al geruime tijd in andere wetenschappelijke disciplines gebruikt, toen David Hertz van de consultancyfirma McKinsey & Co. in 1979 in een artikel in de Harvard Business Review suggereerde de Monte Carlo-simulatie voor de evaluatie van kapitaalinvesteringen te gebruiken.

Het gemiddelde beleggingsfonds in de Verenigde Staten bevat 61 aandelen. In het Verenigd Koninkrijk en Europa liggen deze aantallen respectievelijk op 105 en 88. “Het idee dat je 160 of 80 aandelen nodig hebt om je risico te spreiden is onzin. Je kan een zelfde profiel maken met veel minder aandelen. Aan 30 of 40 heb je genoeg”, aldus James Montier, hoofd beleggingsstrategie bij zakenbank Dresdner Kleinwort Group.

Als je twee in plaats van één aandeel koopt, elimineer je 42% van het risico dat verbonden is met het houden van een fonds. Met vier aandelen verminder je het risico met 68% en met acht aandelen daalt het gevaar met 83%. Met 16 aandelen zakt het met 91% en met 32 fondsen daalt het met 96%.

“Laten we een eenvoudig lange termijn voorbeeld nemen”, zegt John Bogle. “Een individu van twintig jaar oud zet $1000 opzij voor zijn pensioen. Deze persoon heeft nog ongeveer 45 jaar te gaan voordat hij van zijn oude dag kan genieten. Vervolgens, als we de tabellen van de levensverzekeringen mogen geloven, zal hij nog gemiddeld 20 jaar leven voordat de dood hem van de levenden scheidt.

We hebben dus in totaal 65 jaar waarin kan worden belegd. Als in die jaren gemiddeld een jaarlijks rendement van 8% wordt gemaakt dan is de oorspronkelijke $1000 gegroeid tot $140.000. Nu gaan we kijken wat voor invloed beleggingsfondsen hebben op het rendement. Die pakken jaarlijks gemiddeld 2,5 procentpunt (rekenvoorbeeld) van het rendement af. Dat betekent dat je nog een rendement van 5,5% op jaarbasis overhoudt.

De oorspronkelijke $1000 zal dan groeien tot $30.000. Dat betekent dat beleggingsfondsen, die zelf nul dollar aan kapitaal investeren en nul dollar aan risico lopen, op de lange termijn ongeveer 80 % van het rendement opsouperen. Dat terwijl jij als belegger al het risico mag lopen en slechts iets meer dan 20% van het rendement mag houden.”

Met andere woorden: hoe langer je belegt in een beleggingsfonds, hoe meer de Robeco’s van deze wereld verdienen. Dat is de reden waarom financiële instellingen altijd adviseren om te beleggen voor de lange termijn. In dat licht is het ook schrijnend dat vlak na de langzame, maar genadeloze beurscrash van begin jaren 2000, Robeco zijn jaarlijkse beheertarieven verder verhoogde.

Fondsmanager zijn er als de dood voor dat zij achterblijven op een bepaalde index. Zij kunnen dan hun bonus kwijtraken. Een lange termijn strategie is dan moeilijk vast te houden en fondsmanagers zullen niet snel van het pad van een bepaalde beursgraadmeter afwijken. Een goed boek is dat van Seth Klarman getiteld Margin of Safety. De veiligheidsmarge is het belangrijkste principe van de grondlegger van deze school, Benjamin Graham, de leermeester van Warren Buffett.
Via deze link krijg je een lijst met de recente aankopen van Klarman: http://www.gurufocus.com/StockBuy.php?action=buy&GuruName=Seth+Klarman

Voor sommigen zal het uitvoeren van een Monte Carlo-simulatie te moeilijk zijn. Als je daarnaast tevreden met een marktconforme prestatie, dan zou ik u adviseren niet in beleggingsfondsen te zitten. Een prima alternatief zijn Exchange Trader Funds (index volgers). Zij zijn veel goedkoper en volgen precies de index zodat je weet waar je aan toe bent.

ETF”s kunnen net als een aandeel gekocht en verkocht worden. Zij zijn een populair beleggingsinstrument geworden. Bij beleggingsfondsen van bijvoorbeeld ING, BNP Paribas en Robeco betaal je 1,5 tot 4,5 procent interne kosten. Bij trackers tussen de 0,1 en 0,4 procent. Zo win je zonder veel te doen zo’n 3,5 procent aan rendement.

Als u meer wilt weten over indexbeleggen, lees dan dit inleidend artikel: Trackers voor dummies.

Voorts hebben wij een thema-archief: indexfondsen

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.