Alleen al omdat de toonaangevende, wereldwijde aandelenindices voor tweederde bestaan uit Amerikaanse aandelen is de wisselkoers tussen de euro en de Amerikaanse dollar voor beleggers van groot belang. De Europese munt heeft een rally achter de rug, maar wij verwachten dat het moeilijk wordt om nog meer aan kracht te winnen.
De recente rally van de euro
In zes maanden kan er veel gebeuren op de valutamarkten. De koers van de euro ten opzichte van de Amerikaanse dollar (EUR/USD) zakte halverwege 2022 onder pariteit (1 euro = 1 US dollar) en bereikte aan het einde van het derde kwartaal een dieptepunt van 0,95. De angst voor een recessie nam in Europa meer toe dan in de Verenigde Staten, waardoor het renteverschil tussen de twee regio’s opliep naar 2% (zie grafiek).
De rally van de euro die we sindsdien hebben gezien werd gedreven door een meer ‘agressieve’ houding van de Europese Centrale Bank, die minder bang was voor het afnemen van de groei en het bestrijden van de hoge inflatie tot topprioriteit maakte. Tot voor kort waren er weinig tekenen van een mogelijke zwakte bij de banken. Doordat de Amerikaanse centrale bank het einde van de rentecyclus in het vooruitzicht stelde daalde de marktrente in de VS relatief snel en werd de US dollar minder aantrekkelijk als ‘veilige’ haven.
Wij achten een verdere winst voor de euro ten opzichte van de US dollar moeilijk, omdat Europa niet immuun is voor een lagere groei van de wereldeconomie. Aanwijzing daarvoor is dat de markt in Amerika nu eerder renteverlagingen inrpijst dan verdere renteverhogingen.
Wat bepaalt de koersontwikkeling van de euro?
Van alle factoren die valutakoersen beïnvloeden zijn de relatieve renteverschillen misschien wel het belangrijkst. Een hogere rente trekt meer kapitaal aan dan een lagere rente. De koers van de euro wordt op dit moment ondersteund door een scherpe omslag naar relatieve renteverschillen in haar voordeel. Het rendement op Europese op 2-jaars Europese met een looptijd van twee jaar ligt nu bijvoorbeeld hoger dan het rendement op haar Amerikaanse evenknie (zie grafiek).
Een kleinere factor, die wat ons betreft ook een rol speelt, is dat Europese bedrijven op dit moment relatief aantrekkelijk zijn gewaardeerd. Elke keer als blijkt dat die bedrijven toch goede resultaten boeken kiezen beleggers ervoor om meer in Europa te investeren.
De Dollar-index DXY
De US Dollar Index (DXY Index) meet de prestatie van de Amerikaanse dollar ten opzichte van een mandje met andere valuta. In dat mandje heeft de euro met een vaste weging van 57,6% verreweg het meeste gewicht. Andere belangrijke valuta in de DXY Index zijn de Japanse yen (13,6%), het Britse pond (11,9%), de Canadese dollar (9,1%), de Zweedse kroon (4,2%) en de Zwitserse frank (3,6%). De DXY Index werd in 1973 voor het eerst berekend en is slechts één keer aangepast: in 1999, toen de euro werd geïntroduceerd.
De Bank for International Settlements (BIS) schat de wereldwijde handelsvolumes in valutaparen op ongeveer $7,5 biljoen per dag. Daarmee is de valutamarkt groter dan de grondstoffenmarkt, de obligatiemarkt en de aandelenmarkt. De Amerikaanse dollar is dominant: naar schatting is die munteenheid betrokken bij 90% van alle transacties. De euro komt met 31% op de tweede plaats.
De Chinese yuan speelt op dit moment in de internationale valutamarkten nauwelijks nog een rol. Gelet op de intenties van de Chinese regering om meer grondstoffentransacties in yuan af te rekenen is het interessant om te volgen welke opmars de munt gaat maken.
Geschreven door eToro’s marktanalist Jean-Paul van Oudheusden