Beleggers: let op met themafondsen!

In de wereld van beleggingen zijn themafondsen een populaire keuze geworden. Deze fondsen richten zich op maatschappelijk en politiek relevante thema’s zoals kunstmatige intelligentie, demografische veranderingen en klimaatverandering. Maar is het allemaal rozengeur en maneschijn? Laten we eens kijken.

In de afgelopen jaren zijn er een enorm aantal thema-ETF’s gelanceerd. Hoewel fondsbeheerders grote beloftes doen voor hun nieuwe beleggingsproducten, valt de prestatie meestal tegen. Wat zit er achter de underperformance – en welke alternatieven zijn er?

Themafondsen richten zich op maatschappelijk en politiek relevante thema’s – of het nu gaat om kunstmatige intelligentie (KI), demografische veranderingen of klimaatverandering. De financiële sector ontwikkelt voortdurend nieuwe producten die door te investeren in KI-aandelen zoals NVIDIA, maar ook in bejaardentehuizen of fabrikanten van windturbines, beloven deel te nemen aan opkomende trends en soms zelfs de potentiële redding van de wereld in het vooruitzicht stellen.

Het Probleem met Thema-ETF’s

Volgens een studie van het Amerikaanse analysebedrijf Morningstar, getiteld “The Big Shortfall”, kunnen beleggers hun eigen prestaties ondermijnen door te veel geloof te hechten aan het verhaal van de fondsbeheerders. Dit probleem ontstaat doordat themafondsen meestal volatiele markten bestrijken. Deze leveren soms spectaculaire rendementen op, maar na een sterke loop in het verleden blijkt het koerspotentieel van de fondsen vaak beperkt te zijn.

“Dit probleem ontstaat zo”, legt Ali Masarwah, directeur van envestor, uit. “Themafondsen bestrijken meestal volatiele markten. Deze leveren soms spectaculaire rendementen op. Daarna komt een bekend patroon naar voren: Aangetrokken door de prestaties in het verleden, investeren beleggers in de fondsen. Maar omdat het beste deel van de prestatie dan vaak al is behaald, is het koerspotentieel van de fondsen beperkt, en volgt er vaak een crash. Dit komt dan vooral tot uiting in het rendement van de belegger”, zoals “Institutional Money” de beleggingsexpert citeert. Zo komen de Morningstar-analisten bij een analyse van aandelenfondsen in de VS en Europa tot de conclusie dat het rendement van beleggers bij themafondsen vaak aanzienlijk slechter is dan het rendement van beleggers bij niet-thematisch beleggende aandelenfondsen. Vaak blijken de betreffende aandelen van de thema-ETF’s na een sterke loop in het verleden overgewaardeerd te zijn.

De Rendementskloof van Thema-ETF’s

Het verschil tussen het tijdgewogen rendement en het rendement van de belegger wordt ook wel de rendementskloof genoemd. Bij conventionele aandelenfondsen bedroeg de rendementskloof in de afgelopen vijf jaar slechts 0,5 procent, terwijl deze bij themafondsen met een zeer hoge 4,9 procent te boek stond.

Het rendement van beleggers weerspiegelt de invloed van kapitaalinstroom en -uitstroom in fondsen en geeft informatie over hoe de gemiddelde prestatie van beleggers zich in de loop van de tijd ontwikkelt. In tegenstelling daarmee kwantificeert het tijdgewogen rendement de ervaring van een belegger die gedurende de hele periode een buy-and-hold-strategie heeft gevolgd. Het verschil tussen het tijdgewogen rendement en het rendement van de belegger wordt ook wel de rendementskloof genoemd.

Bij conventionele aandelenfondsen bedroeg de rendementskloof in de afgelopen vijf jaar slechts 0,5 procent, terwijl deze bij themafondsen met een zeer hoge 4,9 procent te boek stond. Binnen de afgelopen vijf jaar behaalden themafondsen gemiddeld een jaarlijks rendement van 7,3 procent voor buy-and-hold-beleggers, een zeker bevredigende waarde. Het tijdgewogen rendement toonde echter slechts een plus van gemiddeld 2,4 procent per jaar. Dit maakt duidelijk dat vooral bij thema-ETF’s beleggers die neigen naar talrijke handelsactiviteiten, aanzienlijke verliezen hebben geleden. De reden: na een goede loop investeren vooral veel beleggers in nieuwe thema-ETF’s, die dan vaak slechter presteren dan de totale markt.

De Slechtst Presterende Thema-ETF’s

De Morningstar-analyse komt tot een interessant resultaat: hoe sterker de focus op specifieke thema’s is, hoe ongunstiger de ervaring van de belegger is. Beleggers die in 2018, dus vijf jaar geleden, in een Clean Energy-fonds stapten en sindsdien vasthielden, boekten een stevige plus van jaarlijks 14 procent. Maar de massa van de beleggers stapte pas in nadat de prestaties al extreem goed waren, waardoor het rendement van de beleggers slechts 2,1 procent bedroeg.

Duidelijk beter op vijfjaarsbasis presteerden niet-thematische ETF’s, dat wil zeggen beursgenoteerde, passieve fondsen, waarvan de aandelengewichting zich meestal richt op grote indices zoals de MSCI World, S&P 500, Dow Jones Industrial Average, DAX, EURO STOXX 50 of de NASDAQ 100. Op vijfjaarsbasis leverden de niet-thematische ETF’s de beleggers volgens de Morningstar-studie een rendement van bijna negen procent en een tijdgewogen rendement van ruim acht procent. Beleggers die een onopvallend indexfonds hebben gekocht, waren dus volgens de Morningstar-studie beter af dan degenen die kozen voor een speciaal, thematisch gesneden fonds.

Conclusie

Op basis van de informatie in het artikel kunnen we concluderen dat thema-ETF’s, hoewel aantrekkelijk vanwege hun focus op maatschappelijk relevante thema’s, aanzienlijke risico’s kunnen inhouden. Beleggers kunnen hun eigen prestaties ondermijnen door te veel geloof te hechten aan het verhaal van de fondsbeheerders. Bovendien hebben thema-ETF’s vaak een grote rendementskloof en presteren ze vaak slechter dan de totale markt. Daarom is het belangrijk voor beleggers om hun beleggingsbeslissingen zorgvuldig te overwegen en te diversifiëren om risico’s te beperken.

Niet-thematische ETF’s, die zich richten op grote indices zoals de MSCI World, S&P 500, Dow Jones Industrial Average, DAX, EURO STOXX 50 of de NASDAQ 100, hebben de afgelopen vijf jaar beter gepresteerd en kunnen een veiliger keuze zijn voor beleggers.

Bron: Redactie finanzen.net

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.