“Sell in May and go away” is een van de bekendste beleggingswijsheden. Maar dit jaar klinkt de waarschuwing luider dan normaal. De S&P 500 noteert begin mei onder zijn 200-daags gemiddelde—aangemerkt als een klassiek signaal van een neerwaartse trend. Historische data wijzen uit dat dit scenario in combinatie met het seizoenseffect vaak leidt tot negatieve rendementen in de maanden mei tot september. Kortom, 2025 zou wel eens een schoolvoorbeeld kunnen worden van hoe trends en seizoensinvloeden elkaar versterken.
Trend Versterkt Seizoenseffect
Om de trendcomponent te bepalen, analyseren we begin mei of de S&P 500 boven of onder zijn 200-daagslijn noteert. Per 1 mei noteerde de S&P 500 onder deze belangrijke lijn (destijds 5.747 punten). In de technische analyse wordt dit vaak gezien als een neerwaartse trend. De vraag is nu: versterkt deze (begin mei geconstateerde) neerwaartse trend het klassieke “Sell in May” effect voor de rest van de periode?
Historische Data: Negatieve Trend = Negatieve Zomer
“Sell in May and go away” | ||
---|---|---|
S&P 500® Rendement mei tot september | ||
Beschouwde periode | Gemiddeld rendement | Succesratio |
Stierenmarkten | 2,94% | 73,85% |
Gehele periode [1929–2024] | 1,85% | 67,71% |
Berenmarkten | -0,44% | 54,84% |
Om deze vraag te beantwoorden, hebben we de S&P 500 data sinds eind jaren ’20 geanalyseerd. Wat blijkt?
- In de afgelopen bijna 100 jaar noteerde de index 31 keer begin mei onder zijn 200-daagslijn (“bear market jaren”).
- In deze “bear market jaren” was de gemiddelde prestatie van begin mei tot eind september negatief: -0,44%.
- Ter vergelijking: over alle jaren steeg de S&P 500 in deze vijf maanden gemiddeld met +1,85%.
- Als er begin mei sprake was van een opwaartse trend (“bull market”), was de prestatie zelfs nog beter: +2,94%.
Een negatieve trendcomponent begin mei heeft dus historisch gezien een duidelijke, negatieve invloed op het “Sell in May” effect.
Tabel met Kerngegevens
Kenmerk | Waarde |
Slotkoers (8 mei 2025) | 5.663,94 |
200-daags gemiddelde | 5.747,00 |
Trendstatus | Negatief |
Seizoenspatroon (mei-sep) | Negatief |
Gem. rendement (baisse) | -0,44% |
Gem. rendement (bullmarkt) | +2,94% |
Doelzone bij correctie | ~5.470 (-3,4%) |
Steun | 5.470 / 5.300 |
Weerstand | 5.750 / 5.900 |
Potentieel neerwaarts | -6,4% tot sep |
Patroon in “Sell in May in Bear Markets”
Het patroon “Sell in May in bear markets” (dus wanneer de index begin mei onder de 200-daagslijn staat) onthult nog meer details:
- Na de eerste week van mei volgt vaak een eerste neerwaartse impuls die aanhoudt tot midden juni (gemiddeld -3,11%).
- Ook de “septemberdip” valt in een neerwaartse trend aanzienlijk sterker uit (gemiddeld -3,6%).
- Ter contrast: in een opwaartse trend blijft de zwakte in mei volledig uit, en is de daling in september veel milder (-0,7%).
De seizoensgebonden waarschuwing “Sell in May” klinkt dit jaar dus, gebaseerd op de technische situatie van begin mei, bijzonder luid.
Belangrijkste Niveaus & Strategie:
De analyse suggereert dat de periode mei tot en met september statistisch gezien ongunstig is als de S&P 500 begin mei onder zijn 200-daagslijn noteerde. Met een slotkoers van 5.663,94 op 8 mei, bevindt de index zich nog steeds onder het 200-daags gemiddelde van begin mei (5.747). Dit versterkt de historische waarschuwing. Het goede nieuws is echter dat de beurswijsheid ook luidt: “…but remember to come back in September”. Na september verbetert het seizoenspatroon vaak weer.
Beleggers dienen de 200-daagslijn (huidige waarde controleren) nauwlettend in de gaten te houden. Een herovering hiervan zou het negatieve seizoensbeeld kunnen verzwakken.
Indexprofiel (S&P 500):
De S&P 500 (Standard & Poor’s 500) is een toonaangevende Amerikaanse aandelenindex die de prestaties volgt van 500 van de grootste beursgenoteerde bedrijven in de Verenigde Staten. De index wordt breed gezien als een belangrijke graadmeter voor de algehele gezondheid van de Amerikaanse aandelenmarkt en economie.
Trading Strategie (voorbeeld)
-
Instap: n.v.t. (afwachten)
-
Shortpositie overwegen bij terugtest naar 5.750
-
Koersdoel: 5.470 (eerste steunzone)
-
Stop-loss: 5.900 (boven weerstand)
Conclusie:
Historisch gezien versterkt een negatieve trend (koers onder 200-daagslijn begin mei) het “Sell in May” effect voor de S&P 500, leidend tot gemiddeld negatieve prestaties tussen mei en september. Met de S&P 500 die begin mei inderdaad onder zijn 200-daagslijn noteerde, en daar nu nog steeds onder handelt, blijft de historische waarschuwing voor zwakkere zomermaanden van kracht. Met name juni en september zijn historisch kwetsbare maanden in een dergelijk scenario.
Bron: HSBC