Oktober was opnieuw een slechte maand voor aandelen gerelateerd aan de groene transformatie. Bedrijven in deze sector presenteerden zwakke vooruitzichten tijdens hun kwartaalcijfers. De Deense onderneming Ørsted, ’s werelds grootste ontwikkelaar van offshore windmolenparken, illustreerde woensdag met een aanzienlijke koersdaling de uitdagingen binnen de groene transformatie, zoals benadrukt door Peter Garnry, hoofd Aandelenstrategie bij Saxo Bank.
“2023 blijkt een zwaar jaar te zijn voor aandelen in de groene transformatie. Deze trend zette zich voort in oktober. De drie themamanden van Saxo Bank voor de groene transformatie, namelijk hernieuwbare energie, energieopslag en groene transformatie, hebben hun verliezen dit jaar uitgebreid tot -27% tot -32%.
Windparkexploitant Ørsted onderging een koersval van 20% op de Deense beurs nadat de afschrijvingen voor zijn Amerikaanse offshoreparken zijn gestegen tot €4 miljard. Dit komt door snel stijgende kosten, aanhoudende vertragingen bij leveranciers en recente rentestijgingen. Het aandeel is nu 78% gedaald ten opzichte van de piek in 2021 en wordt momenteel verhandeld op het niveau van 2017. De schokkende aankondiging van Ørsted symboliseert de uitdagingen in de windenergiesector en de bredere groene transformatie.
Zoals eerder vermeld, is de groene transformatie een kapitaal- en grondstofintensief proces. Dit maakt dit segment van de markt gevoelig voor de stijgende obligatierendementen en hogere grondstofprijzen. Bovendien hebben de buitensporige waarderingen in 2021 bijgedragen aan de huidige neergang op dit deel van de aandelenmarkt.
De iShares Global Clean Energy UCITS ETF handelt momenteel op het niveau van 2020, wat aantoont dat de koersontwikkeling van aandelen in de groene transformatie aan het einde van 2020 en het begin van 2021 gebaseerd was op onrealistische verwachtingen voor de toekomst.
Een andere duidelijke trend binnen de groene transformatie is dat kernenergie een groter aandeel begint te krijgen in de inspanningen om de economie koolstofvrij te maken. Dit werd bevestigd door de resultaten en opmerkingen van het uraniumbedrijf Cameco over het derde kwartaal, waarin de vooruitzichten voor de vraag naar kernenergie elk kwartaal positiever lijken te worden.”