Wat is voor de gemiddelde man in de straat hét bewijs dat een recessie ten einde loopt? Dat is niet het herstel van de productiviteit of van de export, maar het herstel van de arbeidsmarkt.
Als dat niet gebeurt, is er geen herstel in zijn ogen en dat heeft weer verschillende consequenties. Het consumptief vertrouwen herstelt niet en de neiging om eens flink de portemonnee te trekken blijft beperkt. Om maar eens een voorbeeld te noemen. In de VS steeg de arbeidsproductiviteit in het derde kwartaal met een verbluffende 9,5%. Tegelijkertijd steeg de werkloosheid tot boven 10%. In totaal zijn nu bijna 16miljoen Amerikanen op zoek naar werk, maar in september waren er maar 2,5 miljoen vacatures.
Productiviteit en consumentenvertrouwen
Hoe groot is eigenlijk de kans dat de arbeidsmarkt in de VS, maar ook in de EU zo sterk verbetert? Die kansen zijn op de korte termijn niet zo groot. In de VS groeit de productiviteit sterk, maar het aantal gewerkte uren blijft afnemen. Werkgevers hebben voorlopig nog voldoende ruimte om de productiviteit en de productie op te voeren zonder dat daarvoor extra handjes nog zijn. In de EU is de situatie niet veel beter. Ook hier is er nog veel onbenutte capaciteit. Denktanks als The Lissabon Council menen dat het wel tot 2012 kan duren voordat de onderbenutting omslaat in een gebrek aan capaciteit. Voeg daar aan toe dat de groei van de productiviteit in de EU stagneert en het is duidelijk dat ook in dit werelddeel werkgevers nog een wereld te winnen hebben. Kortom, als het om de arbeidsmarkt gaat, heeft de consument weinig reden om optimistisch de toekomst in te turen.
Vermogenspositie en huizenmarkt
Je hoeft trouwens niet werkeloos te zijn om toch streng op je uitgavenpatroon te letten. De financiële crisis heeft de waarde van traditionele spaarpotjes als het eigen huis en de effectenportefeuille ernstig aangevreten. In de VS is de vermogenspositie van het doorsnee gezin terug gevallen naar een niveau vergelijkbaar met dat van 1960. Er is veel herstelwerk nodig, temeer omdat veel Amerikanen zich diep in de schulden hadden gestoken in de veronderstelling dat diepe crises definitief tot het verleden behoorden en vervangen waren door ‘guirlandes’ van de groei. Sparen is het nieuwe toverwoord, sparen voor de onzekere dag van morgen. Hoe zwaar de vermogenspositie van het gemiddelde Europese gezin is aangetast, is onduidelijk. Wel is duidelijk dat de huizenmarkt Europa breed in een impasse verkeert. De vraag naar huizen en hypotheken is gekelderd en huizenprijzen staan onder druk. Hoe groot de stille armoede is achter de voordeur, laat zich maar moeilijk raden! Een ding is zeker: de Nederlander steekt traditiegetrouw heel veel geld in zijn huis. Als we de hypotheek meetellen is de Nederlander de grootste schuldenaar van de EU.
Investeringen en inventarissen
Als de arbeidsmarkt voor zijn herstel alleen afhankelijk zou zijn van het herstel van het consumentenvertrouwen en consumentenbestedingen dan zag de toekomst er verre van rooskleurig uit. Dan ligt het gevaar van een neerwaartse spiraal op de loer. Gelukkig spelen het niveau van investeringen en het herstel van de export een belangrijke rol bij het herstel van de werkgelegenheid.
Hoe staat het bijvoorbeeld met het niveau van investeringen in bedrijfsuitrusting en infrastructuur? Voor beide zijden van de oceaan geldt hetzelfde antwoord: niet echt goed. Er is aan beide zijden nog veel overcapaciteit. Dat hebben we eerder al vastgesteld voor de EU, maar het beeld is niet anders voor de VS. In de industrie steeg in het derde kwartaal de productiviteit met meer dan 13% ondanks een aanhoudende forse krimp in het aantal gewerkte uren. Van de industrie is weinig te verwachten en hetzelfde geldt voor de financiële sector, waar traditiegetrouw investeringen sterk oplopen aan het einde van een recessie, vooral in nieuwe technologie. Een lichtpuntje vormen de sterk teruggelopen voorraden. Bedrijven hebben afgelopen kwartalen hun voorraden tot een dieptepunt afgebouwd uit kostenoverwegingen en het uitblijven van de vraag. Aan dat afbouwen komt een einde of is al een einde gekomen. Dat zal een stimulans voor de vraag zijn, maar geeft het herstel van de voorraden een blijvende impuls aan de vraag of is er slechts sprake van een tijdelijke opleving?
En ja, de export leeft weer op, zowel in de EU als in de VS en dat met dank aan Azië. Een opleving van de importen doet het positieve effect van het herstel weer deels teniet.
Tenslotte
Zowel in de VS als in de EU zijn er onmiskenbare tekenen van economisch herstel, maar er zijn evenveel tekenen die nopen vraagtekens te zetten bij de kracht van het herstel. Zoals het er nu naar uit ziet, zal het herstel op zijn best een matig voortsudderend herstel zijn. In ieder geval zal het onvoldoende zijn om voor een krachtig herstel op de arbeidsmarkt te zorgen. In dit soort omstandigheden is het gemeengoed te vragen: en wat doet de overheid? Jammer genoeg lijken de mogelijkheden voor de overheid beperkt. Er zijn afgelopen kwartalen vele honderden miljarden euro’s besteed om de financiële sector te stutten en om de zwaarste klappen van de economische recessie op te vangen en te dempen. Overheden zitten tot in hun nek in de schulden en dat beperkt hun bewegingsvrijheid om de komende jaren nog eens extra steunmaatregelen te nemen bijvoorbeeld in de vorm van belastingverlagingen voor consumenten, steunmaatregelen voor huiseigenaren en subsidies voor starters op de huizenmarkt.
Alles overziende staat de EU er toch iets beter voor dan de VS. In dit deel van de wereld zijn door de crisis ‘slechts’ 3 miljoen banen verloren gegaan en lijkt de motor van de Europese economie, Duitsland, weer echt op gang te komen. De omvang van de steunmaatregelen is hier ook veel geringer. Maar dat is het wel voor het ogenblik.
Bronnen:
Allianz and the Lisbon Council: the European 2009 growth and Job monitor. Autumn update
Karen E. Dynan, the outlook for consumer spending and the broader economic recovery. Testimony before the US Congress Joint Economic Committee. 29 oktober 2009.
Dr. C.A.M. Wijtvliet
De auteur is zelfstandig gevestigd analist. Hij schrijft over uiteenlopende onderwerpen die de beleggingswereld raken. Daarnaast geeft hij lezingen en presentaties.
Informatie: corwijtvliet@dekritischebelegger.nl
“Zowel in de VS als in de EU zijn er onmiskenbare tekenen van economisch herstel, maar er zijn evenveel tekenen die nopen vraagtekens te zetten bij de kracht van het herstel. Zoals het er nu naar uit ziet, zal het herstel op zijn best een matig voortsudderend herstel zijn. In ieder geval zal het onvoldoende zijn om voor een krachtig herstel op de arbeidsmarkt te zorgen.”
Een aantal wijze woorden, maar helaas zijn de tekenen van economisch herstel voornamelijk het gevolg van het pompen van grote sommen geld in de economie, waardoor in werkelijkheid de achterliggende problematiek wordt gemaskeerd. Er kan pas herstel zijn als er daadwerkelijk welvaart geproduceerd wordt en dat gaat niet samen met een stijgende werkloosheid. Met andere woorden: de tekenen van herstel zijn slechts papieren tijgers, cijfermatige illusies, zo lang de *productie* niet toeneemt, en daar lees ik helemaal niets over in uw betoog.
En zo lang er dus geen daadwerkelijke stijging van productie te vinden is die ook nog eens gelijke tred houdt met de hoeveelheid extra geinjecteerd kapitaal, kan deze exercitie slechts één gevolg hebben: een gigantische correctie, met bovenal inflatie. Dat is namelijk ultimo het enige dat kan gebeuren wanneer men de geldhoeveelheid vergroot, zonder de productie c.q. de creatie van welvaart in gelijke mate te verhogen. Wanneer men daarintegen de geldhoeveelheid vergroot in een tijd waarin de productie afneemt, dan komt vroeg of laat de correctie in de vorm van inflatie, en soms zelfs hyperinflatie. En dat laatste is helaas waar met name Amerika openlijk naar solliciteert.