Centrale banken lijken uitgespeeld

Afgelopen week kwamen alle centrale bankiers die ertoe doen bijeen in Jackson Hole, in de VS. Pers en financiële sector speculeerden op voorhand over mogelijke beleidsuitkomsten. De discussies spitsten zich vooral toe op of de bankiers gaan besluiten de rente opnieuw te verlagen en of ze een scherpere guidance zullen presenteren.

Na Jackson Hole beraadt de ECB zich in september of het doenlijk en nuttig is om de rente tot 2020 op 0% of daaronder te houden. De hoop is ook, dat de Fed het goede voorbeeld heeft gegeven door de rente met 0,25% te verlagen en dat dit het begin is van een reeks. In Japan beraadt de bankgouverneur zich of nog meer kwantitatieve verruiming het antwoord is op een koppig lage inflatie.

Gelet op de groeiende bezorgdheid over de stand van de economie en het troebele politieke klimaat is het begrijpelijk, dat de woorden en daden van centrale bankiers op een goudschaaltje gewogen worden. De vraag is of dat eigenlijk wel de moeite waard is. Je kunt je afvragen of het nog verder verlagen van de rente wel enig economisch nut heeft. Zal het echt verschil maken voor de grote Duitse bedrijven, die nu al 10jaars geld kunnen lenen voor amper 0,5%, als dankzij kwantitatieve verruiming de rente naar pakweg 0,4% daalt? Het managen van verwachtingen is eveneens een hopeloze opdracht. Het rendement op de Duitse Bund verraadt dat beleggers negatieve rentes verwachten voor de komende tien jaar. Wat heeft het dan voor zin, als de bankiers bezweren tot 2021 de rente laag te houden?

Het neemt allemaal niet weg, dat er eindeloos veel geschreven en gesproken wordt over minimale veranderingen in het beleid van centrale bankiers. De bankiers zijn zelf nog steeds geobsedeerd door de opgave zo goed mogelijk te communiceren. Er zijn wel verklaringen voor deze obsessies. Een niet onbelangrijke is, dat burgers en buitenlui weinig zullen merken van wijzigingen in het renteniveau. Vermogensbeheerders, hedgefunds en investment banks hebben er echter wel grote belangen bij. Het zijn dan ook de professionele economen, die centrale bankiers op de voet volgen en daar op een vaak dramatische wijze verslag van doen.

Het verkeerd begrijpen van centrale bankiers kan voor de professionele belegger voor grote verliezen zorgen. Dat neemt allemaal niet weg, dat in een tijd van hardnekkig lage rentes kleine aanpassingen in beleid er eigenlijk niet meer toe doen.

Een tweede zwaarwegende factor is waarschijnlijk de vrees dat monetair beleid er niet meer toe doet. Maar wat komt er dan? Als er een recessie komt, doen we dan niets of wordt het fiscale beleid dominant? Dat impliceert hogere tekorten en hogere publieke schulden, behalve als de centrale bank op grote schaal geld gaat bijdrukken. Maar dan kan de onafhankelijkheid van de centrale bank weleens in het geding komen. Daar zitten centrale bankiers beslist niet op te wachten. En dus klampen ze zich vast aan de hoop, dat ergens hun beleid nog effect zal hebben.

Welbeschouwd domineert het fiscale beleid al. Dankzij het fiscale beleid van Trump is in de VS de schuld naar 4,5% van het bruto binnenlands product gestegen. In China bedraagt het tekort al 6%, dat deels door de People’s Bank of China wordt gefinancierd door staatsbanken in de gelegenheid te stellen obligaties op te kopen. De tekorten in Japan zijn al sinds mensenheugenis groot, maar de tekorten worden geneutraliseerd door het opkopen van obligaties door de Bank van Japan. Het is niet waarschijnlijk dat die obligaties nog ooit in het private circuit terecht komen. Duitsland heet hét voorbeeld te zijn van fiscale zuiverheid, maar het land exporteert zich wild naar deze fiscale zondaars.

Het grootste potentiële slachtoffer van een machteloze centrale bank is waarschijnlijk Europa. In de VS heeft de Fed nog ruimte om de rente zo te verlagen dat het nog een impact heeft. De rente beweegt nu rond 2%. Het is ook duidelijk, dat Trump zal ingrijpen als de economie verder vertraagt. Hij zal waarschijnlijk opnieuw de belasting gaan verlagen. China en Japan zullen verder gaan op de weg van fiscale stimulering, dat indirect door de centrale banken gefinancierd wordt. In Europa moeten hardliners helemaal niets hebben van fiscale stimulering al dan niet gefinancierd door de ECB. Het resultaat is dan wel, dat de economie in de Eurozone nu volledig is aangewezen op hulp van de ECB, maar diens gereedschapskist is nagenoeg leeg!

Cor Wijtvliet

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.