Spreiding

De spreiding over verschillende beleggingscategorieën is een cruciale stap in het beleggingsproces. Het is dan ook zaak om deze goed af te stemmen met uw risicoprofiel.

Beleggen begint bij het vaststellen van de verhouding tussen aandelen, obligaties, contanten en alternatieve beleggingscategorieën, zoals vastgoed en grondstoffen. Deze zogeheten strategische asset allocatie wordt bepaald op basis van het risicoprofiel, waar binnen de financiële doelstellingen en risicobereidheid van de belegger in kaart zijn gebracht.

Optimale mix

Een neutrale portefeuille kan bijvoorbeeld opgebouwd zijn uit 45% obligaties, 45% aandelen en 10% alternatieve beleggingen. Terwijl in een defensieve portefeuille het accent meer zal komen te liggen op obligaties en minder op aandelen. Met de juiste combinatie van beleggingscategorieën is een optimale verhouding tussen risico en rendement mogelijk. De beslissingen op dit niveau zijn cruciaal, want zij bepalen voor meer dan 80% het rendement. Selectie van individuele effecten en markttiming spelen een ondergeschikte rol. Dat is belangrijk om te beseffen, omdat beleggers zich vooral daar druk om lijken te maken.

Tactische asset allocatie

Om het rendement te vergroten of het risico omlaag te brengen, kan op korte termijn – binnen een bepaalde bandbreedte – afgeweken worden van de strategische verdeling. Dit noemen we tactische asset allocatie. Samen met de strategische asset allocatie is daarmee meer dan 90% van het uiteindelijke resultaat bepaald. Zo zijn aandelen bij zwakke economische vooruitzichten en verslechterende bedrijfswinsten minder aantrekkelijk dan obligaties. Hierop kan worden ingespeeld door tijdelijk het gewicht van obligaties in de portefeuille te verhogen ten koste van aandelen.

Maar de beleggingsmix zal ook bijgestuurd dienen te worden naarmate de beleggingshorizon dichterbij komt. Als bijvoorbeeld uw pensioenleeftijd nadert, zullen er minder risico’s genomen mogen worden om het opgebouwde vermogen niet in gevaar te brengen. Dat zal in de praktijk vaak neerkomen op het afbouwen van de aandelenposities ten gunste van (kortlopende) obligaties en liquiditeiten. Kortom: een actief beleid is noodzakelijk.

Trackers als bouwstenen

Veel institutionele beleggers gebruiken trackers als bouwstenen om de strategische en tactische asset allocatie te implementeren. Bijvoorbeeld door te kiezen voor een paar trackers op brede marktindices in de aandelen- en obligatiemarkten in de kern van de portefeuille, aangevuld met enkele specifieke alternatieve beleggingen daaromheen. Door trackers te gebruiken kan de portefeuille tegen lage kosten periodiek weer in balans worden gebracht conform de oorspronkelijke mix.

Daarnaast is ook een meer verfijnde afstemming mogelijk door trackers op te nemen die nauwere indices volgen. Zo is bijvoorbeeld een actief regiobeleid makkelijk in de praktijk te brengen. Zijn aandelen in de Verenigde Staten op een gegeven moment aantrekkelijker dan in Europa, dan kan daar met trackers snel op worden ingehaakt. En net zo makkelijk kan binnen de portefeuille het accent worden verlegd naar een bepaalde sector of beleggingsstijl.

Beleggen vraagt dus nogal wat keuzes, temeer daar het aanbod van financiële producten enorm is. Helaas adviseren banken en vermogensbeheerders nog al eens producten die niet in uw belang zijn. Niemand zit te wachten op ondoorzichtige producten met een hoge kostenstructuur die alleen de banken spekken. Het is inmiddels een publiek geheim dat de meeste actieve beleggingsfondsen achterblijven bij het beursgemiddelde. Niet voor niets wil de Autoriteit Financiele Markten (AFM) dat banken vaker passieve fondsen, zoals trackers, adviseren. Met trackers kan tegen lage kosten een evenwichtige portefeuille worden opgebouwd. De lage kosten zijn belangrijk, want die komen direct ten goede aan het resultaat.

Drs. Jochem Baalman
http://www.indexus.nl/

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.