Kifid geeft richtlijn voor ‘provisiejagen’

In april 2013 deed de Geschillencommissie van het KiFiD een interessante uitspraak in een zaak (nr. 2013-140; 2 april 2013) van een tweetal door mij bijgestane beleggers tegen een vermogensbeheerder.

Vanaf medio jaren ‘90 lieten mijn cliënten (2 broers, voormalig fruittelers) hun vermogen beheren, via een aantal rechtsvoorgangers van de vermogensbeheerder. De broers leefden van hun WAO en AOW uitkeringen aangevuld met opbrengsten uit vermogen. Het belegde vermogen ontwikkelde zich niet gunstig. Grosso modo halveerde dit vanaf 2001 tot eind 2009.

Cliënten spraken met hun vermogensbeheerder een neutraal risicoprofiel af. Dit risicoprofiel werd door de beheerder vorm gegeven door een specifieke ‘long/short’ beleggingsstrategie. De beheervergoeding bestond uit een performance fee over de beleggingswinst. Daarnaast betaalden de broers de reguliere transactiekosten. Deze afspraken werden medio 2006 in de vermogensbeheerovereenkomst opgenomen.

De beleggingsstrategie ging gepaard met relatief hoge kosten. In 2009 bedroegen de kosten zelfs € 35.318,= op een in dat jaar gemiddeld belegd vermogen van € 89,826,=. De beheerder vond dit zelf ook te gortig en stortte, proactief, €6.706,= retour. In het begeleidende schrijven gaf men aan dat het beleggingsmodel (te) veel valse signalen had afgegeven, waardoor er te veel transacties waren uitgevoerd.

Na een analyse kwam ik tot de conclusie dat de strategie voor de broers niet passend was en dat de transactiekosten, ondanks de terugstorting van een deel hiervan, nog altijd veel te hoog waren.

De Ombudsman van het Kifid was het hier kennelijk niet mee en wees de klacht af. De Geschillencommissie kwam tot een andere conclusie. De Commissie vroeg zich tijdens de hoorzitting hard op af hoe het toch mogelijk was dat de beleggers bij een deze vermogensbeheerder terecht waren gekomen. Iedereen was het wel met elkaar eens dat de beleggingsstijl totaal niet paste bij mijn cliënten. Desondanks was de Commissie van mening dat beleggers wel iets kritischer hadden mogen zijn. Door te tekenen voor de beleggingsstrategie met een toelichting hierop, werden zij geacht deze begrepen te hebben en er daarmee ook voor gekozen te hebben. Hiermee wordt maar weer eens onderstreept hoe belangrijk het is om een bij de belegger passende dienstverlener te selecteren.

Over de gemaakte transactiekosten oordeelde de Commissie dat deze excessief waren geweest. De economische omstandigheden vormden daarvoor geen verzachtende omstandigheden. Om tot een norm te komen en beantwoording van de vraag welke transactiekosten in 2009 in rekening gebracht mochten worden, achtte de Commissie het redelijk dat de transactiekosten, als percentage van het gemiddeld belegd vermogen in 2009, de gemiddelde transactiekosten over de jaren 2001 tot en met 2008 niet zouden overschrijden. De gemiddelde transactiekosten over deze periode bedroegen 3,8%. De transactiekosten over 2009 kwamen, na het restitueren van een deel van deze kosten, uit op 31,9%. De Geschillencommissie van Kifid veroordeelde vermogensbeheerder dan ook tot een schadevergoeding van 28,1% over het gemiddeld belegde vermogen in 2009 en kwam daarmee uit op een bedrag van € 25.241,=.

Ondanks de veroordeling voor churning, ofwel provisiejagen, hecht ik er aan, op basis van mijn ervaringen tijdens de procedure, te benadrukken dat ik geen reden heb om te twijfelen aan de integriteit van vermogensbeheerder.

Jos Leeser
www.blackswanconsultants.nl

7 gedachten over “Kifid geeft richtlijn voor ‘provisiejagen’”

  1. De laatste zin verdient een concrete onderbouwing.
    Op basis van dit artikel waarin churning door de vermogensbeheerder wordt bevestigd,is niet goed in te zien dat deze vermogensbeheerder integer heeft gehandeld. In mijn woordenboek is eerder sprake van ” flessetrekkerij” ….

  2. Een ‘long/short’ beleggingsstrategie is niet bepaald een neutraal risicoprofiel, daar is de vermogensbeheerder niet helder in geweest. Over ‘valse signalen’ gesproken…

  3. Tja, en zo blijft het onduidelijk wat nu een goede vermogensbeheerder is als Kifid dit anonimiseren in stand houdt.

  4. Peter van der Slikke

    Ongelofelijk wat een provisiejagerij en wat een opeenhoping van onbekwaamheid. Adviseurs die op deze manier hun vak uitoefenen beschadigen op een vreselijke manier het vertrouwen in de financiële sector. Een sector die er toch al beroerd voorstaat. Jullie worden bedankt heren, maar weet dat jullie hiermee je eigen graf aan het graven zijn.

  5. Peter van der Slikke

    Overigens nog even een opmerking over beheerders die hun verbindend verklaren bij het KiFiD onverwachts intrekken. Voor mij zijn dit lafaards die niet de sportiviteit kunnen opbrengen om het oordeel van een onafhankelijke instantie af te wachten en alvast maar met de staart tussen de benen hard weglopen voor hun verantwoordelijkheid. Ik hoop dat de overheid en de toezichthouders (AFM en DNB) hier keihard tegen gaan optreden.

  6. Goed punt, Peter, die laatste opmerking. Zal daar binnenkort graag een artikeltje aan wijden met ‘naming and shaming’ van partijen die zich van dergelijke bedienen.

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.