Beleggingsklachten

We kunnen wederom een nieuwe columnist voor onze site melden.Vanaf vandaag zal Jos Leeser periodiek een bijdrage leveren aan De Kritische Belegger. Hij zal schrijven over misstanden bij beleggen. In 2009 richtte hij Black Swan Consultants op, waar hij gedupeerde beleggers terzijde staat in klachtenprocedures en ‘second opinions’  geeft ten behoeve van de advocatuur.

Wij wensen hem veel succes toe. Hieronder volgt zijn eerste column.

Met vriendelijke groet,

Satilmis Ersintepe

Beleggingsklachten

Recent stond er een zeer kritisch artikel over het Klachteninstituut Financiële Dienstverlening (KiFiD) in het Financieele Dagblad. De strekking van het verhaal was dat er bewust beleid werd gevoerd om klagende beleggers zoveel mogelijk af te schepen. Het onderzoek naar de klacht en de motivering van de afwijzing hiervan zou niet deugen. De oorzaak zou grotendeels liggen in een te beperkt budget, waardoor klachten worden afgehandeld door jonge, vaak onervaren juristen. Ook stond de onafhankelijkheid van het KiFiD ter discussie. Het budget wordt immers grotendeels bepaald door de branche zelf. Feit is dat het aantal klachten over financiële instellingen in enkele jaren ruimschoots zijn verdubbeld.

Het KiFiD heeft de kritiek inmiddels op haar website weersproken en stelt daar dat er voldoende middelen zijn voor een zorgvuldige afwikkeling. Is het reëel dat er in 2009 bij de Ombudsman in 15% van de klachten schade werd toegewezen?

Vanaf heden zal ik u met enige regelmaat informeren over mijn ervaringen met financiële instellingen en het KiFiD op het gebied van beleggingsgerelateerde klachten. Sinds anderhalf jaar beoordeel ik beleggingsdossiers op ‘verwijtbare’ tekortkomingen in de effectendienstverlening door de bank of vermogensbeheerder en in een enkele geval de assurantietussenpersoon in zijn advies over, bijvoorbeeld, beleggingshypotheken. De klachten gaan vaak over de zorgplicht, provisiejagen of informatieverstrekking naar de cliënt. De meeste van dergelijke klachten lopen nog. Hiermee wordt onderschreven dat bij één van de doelstellingen van het KiFiD, een snelle afhandeling van klachten, vraagtekens kunnen worden geplaatst. Een klachtenprocedure kan zomaar één tot meer dan twee jaar duren. Hier is KiFiD zeker niet altijd debet aan. Immers, de ‘beklaagden’ vragen doorgaans de door de reglementen geboden uitstelmogelijkheden aan.

Over de zorgvuldigheid van de klachtenbehandeling maak ik mij ook wel eens zorgen. Als stellingen van één der partijen zonder goede onderbouwing worden overgenomen, mag aan de zorgvuldigheid toch worden getwijfeld?

Wat mij vooral is opgevallen: bij de defensieve belegger is een mogelijke verwijtbaarheid van de financiële instelling eerder aan de orde dan bij de offensieve belegger. Offensieve beleggers die willens en wetens risico’s genomen hebben kunnen hun waardedaling dan ook niet aan de effectendienstverlener verwijten. Dat zou puur opportunisme zijn.

Mijn praktijk leert dat dit bij defensieve beleggers wel eens anders kan zijn. Met name als er voor een pensioen wordt belegd. Hier geldt doorgaans een bijzondere zorgplicht voor de financiële dienstverlener.

Ook is er in de verantwoordelijkheid een groot verschil via welke dienstverleningsconcept een belegger wordt bediend. Bij het zogenaamde ‘execution only’, het zelfstandig plaatsen van orders bij bijvoorbeeld een internetbroker, ligt de verantwoordelijkheid geheel bij de belegger.De andere kant van het spectrum is ‘vermogensbeheer’, waar de vermogensbeheerder op basis van een mandaat voor rekening en risico van de belegger handelt. Indien de beheerder buiten zijn mandaat belegt is hij in beginsel verantwoordelijk voor hieruit voortvloeiende schade. Bij ‘advies’ blijft de belegger zelf verantwoordelijk, tenzij het een advies betrof dat een redelijk handelend en redelijk bekwaam adviseur niet had mogen geven. Dit wordt doorgaans door de feiten en omstandigheden, waarin het advies werd gegeven, bepaald.

Beleggingsverlies betekent ook zeker niet per definitie ‘schade’. Kun je de vermogensbeheerder verwijten dat hij in een Lehman Brothers obligatie heeft belegd als deze debiteur later failliet blijkt te gaan? Neen! Dit wordt natuurlijk weer anders als het gewicht van deze debiteur in de beheerde of geadviseerde portefeuille onevenredig zwaar is. Of als het om onbegrijpelijke complexe structuren gaat.

Natuurlijk worden er overal fouten gemaakt. Uiteindelijk gaat het erom hoe die fouten worden opgelost. Bij de keuze van een bank of vermogensbeheerder zou ik zeker kijken naar de reputatie op het vlak van de klachtenbehandeling, -afhandeling. Het is zoals Kifid zelf ook zegt: “Sommige partijen zien we vaker dan anderen” (ook een ervaring die ik kan beamen)”.

Jos Leeser
www.blackswanconsultants.nl

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.