Vinci bouwt de winstgevendheid uit

Begin februari publiceerde het grootste bouwconcern van Europa de jaarcijfers over 2017. Het Franse Vinci profiteerde vooral van de forse toename in bewegingen op de weg en door de lucht die het gevolg zijn van de aantrekkende economie. 

De keuze van Vinci enkele jaren terug om de parkeergarages te verkopen en zich te richten op de exploitatie van vliegvelden pakt goed uit. Door de aantrekkende economie neemt het aantal vliegbewegingen wereldwijd sterk toe en dat betekent een sterke groei van het aantal passagiers op vliegvelden. In 2017 zag Vinci het aantal passagiers op de vliegvelden die zij exploiteren met 12,4 procent toenemen. Een jaar eerder was die groei nog 10 procent. Deze passagiers zorgden voor 14 procent meer omzet met een totaal van 1,4 miljard euro. Dit jaar kwamen er alweer nieuwe vliegvelden ter exploitatie bij: Salvador de Bahia in Brazilië, Belgrado in Servië en Kobe in Japan.

Ook over de weg neemt het aantal bewegingen toe, vooral van vrachtverkeer. Het vrachtverkeer op de tolwegen van Vinci groeide in 2017 met 4,3 procent. Hiermee is het aantal weer op het niveau van voor de crisis in 2008. Naast vliegvelden en snelwegen exploiteert Vinci ook 5 stadions. Het bekendste stadion hiervan is het Stade de France vlakbij Parijs. De overige stadions staan in Nice, Le Mans, Bordeaux en London (Queen Elizabeth Olympic Park Stadium). 

De omzet steeg in 2017 met 5,7 procent naar 40,25 miljard euro, waarvan 23,7 miljard euro in Frankrijk werd behaald. Het bedrijfsresultaat steeg met 10,4 procent naar 4,6 miljard euro en de nettowinst met een beter dan verwachte 9,7 procent naar 2,75 miljard euro. De omzet wordt gerealiseerd in twee divisies; Contracting en Concessions. Contracting (bouw) nam vorig jaar 33,25 miljard voor z’n rekening, 83 procent van de totale omzet. Concessions (exploitatie) was goed voor de andere 17 procent van het geheel ofwel 7 miljard euro. Met de nettowinst is het precies andersom. Concessions draagt 61 procent, 1,7 miljard euro, bij en Contracting 39 procent ofwel 1,1 miljard euro. 

Hoewel de onlangs gekozen Franse president Macron tijdens zijn verkiezingscampagne luid verkondigde de Franse infrastructuur te gaan aanpakken, lijkt het er nu toch op dat daarvoor helemaal geen geld is. Het Franse begrotingstekort zal dit jaar aanzienlijk groter zijn dan de EU-norm. Vanuit Europa wordt Macron onder druk gezet om fors te bezuinigen op, onder meer, investeringen in de infrastructuur. Desondanks wil hij ruimte in de begroting vinden om door te gaan met ‘Grand Paris’, het infrastructuurproject dat de diverse vervoersvormen (weg, rail, ondergronds) in en rondom Parijs sterk moet verbeteren. Dit gebeurt onder andere met het oog op de komst van de Olympische Spelen in 2024 in Parijs. Vinci heeft in dit project al diverse aanbestedingen gewonnen, o.a. voor de uitbreiding van het metronet, maar hoopt op meer.

Indien de inflatie toeneemt, zal Vinci dat merken in de oplopende grondstofkosten. Dit is vervelend voor een bouwconcern omdat vaak bij de offerte voor een aanbesteding rekening wordt gehouden met een gemiddelde grondstofprijs. Mochten de kosten hiervan fors stijgen, dan gaat dit ten koste van de winstgevendheid van het project. De tegenhanger voor de negatieve gevolgen van hogere grondstofkosten bij een oplopende inflatie, is de concessietak van het concern. Vinci Concessions is juist interessant om de door Draghi zo vurig gewenste inflatie het hoofd te bieden. Vinci zal jaarlijks de prijzen van tolwegen en vliegveldexploitatie aanpassen aan het gestegen prijsniveau. Dit verhoogt de marge want de kosten van aanleg zijn al gemaakt.

Het orderboek van Vinci groeide in 2017 met 7 procent aan tot 29,3 miljard euro. Dat heeft veel te maken met de huidige stand van de economische cyclus. Naar verwachting zal over ongeveer twee jaar de economische groei afnemen wat Vinci zal merken aan een daling van het aantal opdrachten.

Vinci heeft een eigen ‘denktank’, Leonard genaamd. Hier wordt company- en wereldwijd nagedacht over de toekomstige infrastructuur van steden en hoe Vinci daarop kan inspringen. Onlangs nam Vinci een zeer aansprekende persoon aan als directeur van deze divisie. Het is Philippe Dewost. De man heeft meer dan 20 jaar ervaring met internet en mobiele ecosystemen en was onder andere medeoprichter van Wanadoo. 

Vinci ziet 2018 met vertrouwen tegemoet, al verwacht men een lagere groei van het vrachtverkeer op de tolwegen. Zowel de omzet als de winst zullen in 2018 verder aantrekken. De goede gang van zaken wordt onderschreven door een verhoging van het dividend over 2017 met 35 eurocent naar 2,45 euro. Daarmee komt het slotdividend op 1,76 euro, een dividendrendement van 3 procent.

Het bovenstaande geschreven hebbende blijf ik vertrouwen in de onderneming houden. Als belegging kies ik voor het aandeel Vinci om ook het dividend te kunnen opstrijken. In geval van opties is dit niet het geval. Een tracker is evenmin een alternatief omdat niet alle bedrijven in een dergelijke tracker naar mijn mening dezelfde potentie hebben als Vinci. Obligaties zijn niet interessant vanwege de lage rentevergoeding en de kans op een stijging van de marktrente.

Auteur heeft privé geen positie, cliënten van Fintessa hebben het aandeel Vinci in portefeuille. De redactie heeft geen positie in de genoemde effecten. Op dit artikel is onze disclaimer van toepassing.

Martine Hafkamp
Fintessa Vermogensbeheer

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.